Passionate. Jaargang 9(2002)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 46] [p. 46] Kees Engelhart Starende in peilloze diepten 1 Van Putten zit thuis aan tafel Het is laat november Van Putten vraagt zich af hoe hij zich voelt Morgen zal hij IJsma ontmoeten Hij zal haar in nauwkeurige bewoordingen Vertellen waar het wat hem betreft op staat Van Putten nipt van zijn zeer oude jenever Hij beseft dat hij wat in het ongerede is geraakt Ook weet hij dat hij weinig zin heeft IJsma te Ontmoeten Niet enkel en alleen omdat de ontmoeting naar Zijn mening zinloos is Maar vooral omdat IJsma Zoals van Putten haar kent Een onaangename persoonlijkheid is Om het maar omzichtig uit te drukken Maar van Putten weet waarvoor hij staat Hij gaat er heen Het bevreemdt van Putten lichtjes dat hij Door alle gebeurtenissen van de laatste tijd Niet slechts door IJsma alleen Zo is aangedaan Het zal toch een soort woede zijn mijmert hij Het moet een soort woede zijn Van Putten zucht Dan staat hij op en loopt naar de keuken Twijfelt even en maakt vervolgens een flesje Bier open Het is een late novemberavond Binnenkort komt Sinterklaas Dat weet van Putten zeker 2 Van Putten en IJsma zitten aan tafel Ze drinken thee Het is drie uur in de middag en buiten Schijnt de zon De welbespraakte maar merkwaardig articulerende Functionaris Die van Putten zo na aan het hart ligt Besluit zijn lange inleidende betoog met de woorden Mocht er van enige bemiddeling sprake kunnen zijn Niet veel vertrouwen daarin klinkt er uit zijn stem op Wat niet vreemd is aangezien van Putten de Functionaris een en ander een week geleden al duidelijk Te verstaan heeft gegeven Daar is geen begenadigd acteur aan verloren gegaan Mijmert van Putten terwijl hij ademloos de verrichtingen Van de functionaris beschouwt Tersluiks kijkt van Putten naar IJsma Ze zit er wat timide bij schijnt het hem toe Onder deze omstandigheid kan ze niet vlammen Zo sluw is IJsma wel Van Putten beseft het Ze kan geen onderdrukkende macht ontwikkelen Op de haar zo vertrouwde basis van agressie en Autocratie IJsma is vleugellam Maar onderschatten doet van Putten haar Geenszins Van Putten is zeer oplettend Uit het raam ziet van Putten wandelaars voorbijgaan Van Putten is volledig vergeten waaraan Hij begonnen is [pagina 47] [p. 47] 3 Plotseling probeert IJsma hem te verleiden Tot een discussie op het persoonlijke vlak Van Putten voelt haar feilloos aan En straft haar met de woorden Dit is niet wat ik van anderen heb gehoord Waar het om gaat is dat mijn fatsoensnorm Door jou met handen en voeten getreden is Ik zegt van Putten zal de onderste steen Boven doen laten komen om daarmee te Bewerkstelligen dat ik op mijn werkplek Terugkeer onder omstandigheden waarin ik Met genoegen mijn arbeid verrichten kan Even zwijgt IJsma Dan zegt ze Het is dus jij er uit of ik er uit De aardige functionaris die al voor enige tijd Stilgevallen is grommelt Nu schuin aan de tafel zittend zijn stoel wat Naar achter geschoven zijn rechterbeen over De linker geslagen maakt de functionaris Aantekeningen in een kladblok dat hij Op zijn schoot heeft gelegd Ja antwoordt van Putten Daar komt het op neer Na de lange stilte die op deze woorden volgt Begint de vriendelijke onhandige functionaris Een omslachtig relaas over de eventuele Rechtskundige gevolgen aangaande dit alles Van Putten en IJsma lijken daarin Nauwelijks geïnteresseerd Vorige Volgende