Ton van 't Hof
De barbaarsheid van het onbekende
We have no other experience of living than through encounters.
Lyn Hejinian
In haar voorwoord van Language of Inquiry (2000) zegt Lyn Hejinian (1941): ‘Poëzie [...]kent als vooronderstelling dat taal een medium is om ervaring te ervaren.’ De Amerikaanse dichter Juliana Spahr schrijft dat ‘het werk van Hejinian dikwijls laat zien hoe poëzie een manier van denken is, een wijze om de wereld tegemoet te treden en te construeren, een eindeloos utopisch moment, zelfs als zij misgrijpt.’ Hejinian wordt regelmatig een meditatieve, filosofische dichter genoemd. In haar gedichten onderzoekt ze het leven om haar heen, peinst over personen en voorwerpen die daarin voorkomen, gedragingen, sociale structuren, interactie. Haar eigen bewustzijn is daarbij haar vergrootglas, het voornaamste instrument waarmee ze kennis tracht op te doen, en bovendien vaak zelf object van onderzoek.
Over de relatie tussen poëzie en de grenzen van het bewustzijn schrijft Hejinian: ‘Poëzie heeft, geloof ik, het vermogen en misschien ook wel de plicht om die specifieke grensgebieden binnen te gaan, aangezien grenzen per definitie gerelateerd zijn aan vreemdheid. De grens is geen scheiding tussen buitenwereld en ervaring maar juist hun midden - hun tussen; het benoemt de toestand van twijfel en confrontatie, dat wat vreemd zijn in een situatie (wat het leven zelf zou kunnen zijn) uitlokt - een toestand die tegelijkertijd een impasse en een doortocht is, ingeslotenheid en doorgangszone, met controleposten en wisselkantoren, een ontmoetingsplaats en een gebied van verwarring.’ In het grensgebied is het een komen en gaan van beelden van objecten, subjecten en gebeurtenissen, die voortdurend opnieuw moeten worden gedefinieerd, benoemd. Betekenis staat voor Hejinian niet vast, maar is veranderlijk, afhankelijk van de ontmoeting met het ik. En de poëzie is voor haar het medium bij uitstek om deze ontmoeting in vast te leggen, te evalueren, om er betekenis aan te kunnen geven. Ze omschrijft de dichter als een ‘meedogenloos oplettende waarnemer’, die de kunst verstaat om sociale conventies te ontmaskeren als kortstondige, tijdelijke overeenkomsten,