jaar met Max Havelaar’ vervangen worden. Van alle andere werken van Mulratuli die ik door middel van lezingen voorstelde en propageerde bij het Publiek, een woord dat door Multatuli consequent met hoofdletter werd geschreven, was er niet één zo succesvol en bleef zo tot de verbeelding spreken, nationaal, maar zeker ook internationaal. Gedurende mijn conservatorschap verschenen er flink wat Max Havelaar-vertalingen: in Polen, Korea, Israël, Japan, Servië, Italië, Duitsland, Frankrijk en bij de totstandkoming van de meeste van die vertalingen was ik actief betrokken, hetzij door de vertalers hand- en spandiensten te verlenen, hetzij door het maken van tentoonstellingen en het geven van lezingen. Dat laatste gebeurde vooral in het Duitse taalgebied waar de respons op het boek ook relatief het grootst was.
Als ik de vertalers vroeg naar de reden om juist Max Havelaar te gaan vertalen, kwam een aantal keren hetzelfde antwoord naar voren. Een docent had hun deze klassieker uit de Nederlandse literatuur aanbevolen. De vraag is of de desbetreffende docenten er ook bij vertelden wat de vertaler aan extra ballast te wachten stond, maar wellicht maakte die ballast de uitdaging juist wel groter. Want Max Havelaar is niet eenvoudig te vertalen voor buitenlanders bij wie de kennis over de context van het boek vaak compleet ontbreekt. Een vertaler kan dat oplossen door dikke inleidingen of enorme notenapparaten toe te voegen, maar de meeste vertalers kozen daar niet voor. Dat verklaart wellicht weer de geringe respons in de respectieve landen waar de vertalingen verschenen. Maar je kunt je ook de vraag stellen hoeveel respons er zou komen op een klassieker uit de Servische literatuur die in Nederland in vertaling zou verschijnen.
Maar niet alleen voor vertalers was ‘de Max’ het meest gezochte boek. Ook voor scholieren die voor werkstukken op pad waren gestuurd of studenten Nederlands was Max Havelaar dat meestal. Logisch als je bedenkt hoeveel er over het boek geschreven is, van artikelen voor scholieren in samenvattingenboekjes tot dikke biografieën. Je vindt als onderzoeker er altijd zo gemakkelijk een hoop informatie bij.
Toch weiger ik te geloven, zelfs na twintig jaar ervaring en een flinke dosis opgedane scepsis, dat dát de voornaamste reden is dat Max Havelaar nog voor zovelen een dankbaar studieobject is. Het is veel meer dan een roman alleen, het is ook een geschiedenisboek en een heel persoonlijk portret van een getourmenteerd schrijver. Wie er gevoelig voor is, kan eruit pikken wat hem aanspreekt, de liefdesgeschiedenis, die het ook is, of de aanklacht. Wat dat laatste betreft: niet voor niets stimuleerde het de stichting met dezelfde naam om producten, voortgekomen uit eerlijke handel, een Max Havelaar-keurmerk mee te geven. En bij de jubileumtentoonstelling van dit jaar laten vijf studenten uit zeer velschillende disciplines zien hoe ze elk vanuit hun vakgebied Max Havelaar nog steeds als een bron van inspiratie hebben kunnen gebruiken. En laten we niet de vele theaterproducties vergeten