zoals ze nu soms zeggen, in veel dingen die ze zien en tegenkomen min of meer steeds de stem van de moeder op de achtergrond.
Van deze kinderen trouwden later twee dochters met Surinaamse jongemannen. Binnen dit familiesysteem is sprake van een enorme versmelting van nationaliteiten. Oma zei altijd legen haar kinderen, dat ze allemaal vruchten waren van één vruchtenboom. Ze hield van al haar kinderen, klein-kinderen en achterkleinkinderen. Deze kinderen en kleinkinderen en achterkleinkinderen zouden volgens de huidige typering van de Nederlandse samenleving allochtoon zijn, en op grond daarvan geen kinderen van het land.
Terwijl hun verbondenheid met het land vanaf de geboorte een feit is. Wat deze kinderen in feite reeds gedaan hebben is een toekomstbeeld helpen realiseren: dat in Nederland een nieuwe samenleving wordt gecreeerd, waaraan een ieder vorm geeft.
Deze kinderen en kleinkinderen, hoewel de namen in de loop der tijden niet of nooit specifiek Surinaams klonken, vertellen overal met enorme trots dat de wortels van hun familiesysteem in Suriname liggen. Wat overigens in deze familie dreigt te gebeuren, is dat de kinderen van die dochters die met de Surinaamse jongemannen trouwden op grond van de naamgeving eerder tot de allochtonen worden gerekend dan de anderen.
In deze familie heeft men een eigen krachtige omschrijving van allochtoon: je zou niet van hier zijn. Volgens Van Dale betekent allochtoon: niet van deze aarde. Wij zijn allemaal pelgrims op deze aarde, want er bestaat maar één planeet aarde.
Van deze generatie zijn enkelen getrouwd met witte Hollanders. Zelf beschrijven ze zich als zwarte Hollanders. Ze hebben dan ook moeite met de termen bicultureel en allochtoon. Een van hen weet ook te vermelden dat dit soort van naamgeving voor de overheid een model is om mensen in hokjes te stoppen, en hen op grond van het hokje en naamgeving overeenkomstig op te voeden. Ze worden de laatste jaren steeds meer met deze benamingen en omschrijvingen geconfronteerd.
Wat opvalt in de twee voorbeelden is het volgende. De moeder is primair degene die een kind opvoedt en op grond daarvan ook de normen en waarden doorgeeft, en soms de eigen pijn. Wanneer de moeder nog in een proces zit van boosheid en afwijzing en verwijt, dan heeft ze niet die kracht ontwikkeld om zich in deze periode met grote veranderingen staande te houden. Ze mist een houvast. Ria miste een dergelijk houvast, Agatha had het wel. Agatha is geen bekeringsstrijd met haar schoonouders en buren aangegaan, maar heeft zich behoorlijk geworteld. En dat heeft ze haar generatie meegegeven. Een model allochtoon valt niet te maken, evenmin als een model autochtoon. Wel wordt het begrip allochtoon zo langzamerhand een vervanging voor zwart met de daaraangekoppelde toevoeging: je hoort hier niet.
Primair is het onze taak, en dan bedoel ik met ‘ons’ alle opvoeders, wetenschappers, hulpverleners, te helpen bij het vorm geven en realiseren van een menswaardig bestaan voor hen die na ons komen. Een vorm kan zijn het steeds becommentariëren van bepaalde adviezen. Het steeds kritisch volgen van bepaalde ontwikkelingen.
Wanneer kinderen geboren in een bi-culturele relatie, door de ouders een positief zelfbeeld meekrijgen, dan is er geen sprake van rasveredeling of rasverdeling, maar dan is het kind een produktieve voorzetting van beide. Als ouders trots zijn op zichzelf en op hun kinderen, dan wordt dit meegegeven aan de kinderen. Wanneer de basis krachtig is, kunnen ze alle andere situaties aan. Te yu bonjo krakti, tesi ne falla yu.
We kunnen blijven roepen dat deze samenleving niet vriendelijk naar zwarten zou zijn op alle niveaus. Wij kunnen die gevoelens van onbehagen niet van de ene dag op de andere dag ongedaan maken. Dat is een feit. Wel kunnen wij proberen ander gedrag te ontwikkelen. Wij kunnen de kinderen gedu-