generaties her. Kortom, Koenders, de Kom, Helman, Dobru, Shrinivasi, Cairo, With, Choenni, etc. zijn allen SURINAAMSE auteurs.
Toch kost het wat moeite het voor jezelf waar te maken, daar er nog altijd een ‘Puristerij-Gemeente’ bestaat - in Suriname hardnekkiger dan in Nederland - die Helman niet Surinaams vindt, Vianen haar Nederlandse uitgever verwijt, Shrinivasi's verblijf in India verdacht noemt, Cairo's taalgebruik als authentiek en isolerend bestempelt en de thema's van spreekster als te algemeen en weinig regionaal verwerpt.
Geen wonder dat zich omstreeks het jaar 1972 een nieuwe ‘schrijvers-generatie’ aandiende, die mede met het oog op Suriname's Onafhankelijkheid, het begrip ‘SURINAAMS-AUTEUR’ een waardige inhoud meende te moeten geven, door proza - maar voor het gemak poëzie - slechts in Surinaamse talen voort te brengen met thema's die er niet om logen. Er ontstond zelfs een aversie tegen alles wat zich bij voorbaat uit Nederland als Surinaamse Literatuur aandiende of in Suriname ontstond uit het ‘kolonialistisch-besmettelijk-indoctrinerend’ ALGEMEEN BESCHAAFD NEDERLANDS. Er woedde ondergronds een hevige ‘talenoorlog’, die via politici en taalwetenschappers vooral slachtoffers maakte onder de geesteskinderen van auteurs, die dan vervreemd, verminkt en onnatuurlijk op de argeloze brede laag van de bevolking en op onze idealistische schooljeugd werden losgelaten. Sranan, Hindi, Javaans, Surinaams-Nederlandse dialecten, men koos vanuit zijn/haar eigen ideologische ‘strafhok’ en ging daarbij zelfs zo onverantwoordelijk ver, het GRAMMATICAAL-VERKEERDE gebruik van het Nederlands te bombarderen tot CREOOLSE TAAL, ergo tot het SURINAAMS-NEDERLANDS.
Ik plaats hierbij onmiddellijk een correctie: als er Surinamers zijn die het Algemeen Beschaafd Nederlands zowel schriftelijk als mondeling uitstekend gebruiken, dan zijn het in ieder geval uitgerekend die Surinamers die coûte que coûte CREOOL (dus niet Afro-Surinamer, neger, mulat etc.) genoemd willen worden, m.a.w. De Vlag Dekt De Lading Niet.
Uiteraard zijn er bij zo'n creatief volk als het onze verscheidene Surinaams-Nederlandse dialecten ontstaan, maar die zijn milieu- en/of streekgebonden en hebben weinig met rasafkomsten te maken. Aldus blijft degene die zich middels het geschreven woord verstaanbaar wil maken, uiteraard afhankelijk van aanleg en ideologie zich bedienen van de talen met het GROOTSTE BEREIK te weten:
HET SRANAN, als geaccepteerde lingua franca
HET A.B.N., als officiële voertaal
HET SRANAN-HINDI, als voertaal van de grootste bevolkingsgroep: hoewel ik hierbij meteen wil opmerken, dat deze taal ONTOEGANKELIJK is voor andere grote en kleine Surinaamse bevolkingsgroepen.
Dit merk ik op vanuit mijn OVERTUIGING dat TAAL EEN MIDDEL IS OM TE COMMUNICEREN, niet om te ISOLEREN, met andere woorden:
Wie Gelezen Wil Worden!!! Wie Voor Anderen Schrijft!!! Wie Werkelijk Iets Creatiefs En Opbouwends Mee Te Delen Heeft!!! Wie Ervan Doordrongen Is Dat Het SRANAN, Het SARNAMI, Het JAVAANS En Al Die Clowneske Surinaams-Nederlandse Dialecten uit sociaal-etnische, humanitaire en politieke overwegingen NOOIT zullen promoveren tot DE OFFICIELE VOERTAAL, maar marginale bezigheden zullen MOETEN blijven van SPEELSE GEESTEN en TAALCONSERVATOREN, kortom: Wie Gelezen Wil Worden, Wie Medemensen Uit Hun Isolement Wil Halen, Die Kiest Voor Een Zo Verantwoord Mogelijk Gebruik Van Het Algemeen Beschaafd Nederlands.