De van den hemel afgebeeden, in alle verdrukking, nog bloeiënden Oranjeboom(ca. 1784)–Anoniem Oranjeboom, De van den hemel afgebeeden, in alle verdrukking, nog bloeiënden– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 85] [p. 85] No. 13. Vreugde-zang, Op de Verjaaring van Zyn doorluchtige hoogheid Willem de Vyfde, Den 8 Maart 1788. Stem: Je ne suis qu'une Bergere. Spaar ô Neêrland, spaard geen toonen Op dees aangenaame tyd, Toond nu dat gy egte Zoonen, Van de waare Vryheid zyt: Niets kan thans uw Vreugde stuiten, Wyl g'uw Vyand overwind, In uw muur thans mag besluiten, Neêrlands Hulp, en Troost en Vrind, 2. Wilt dan uwe stemmen paare, Op dees aangenaame dag, Daar op heeden mag verjaaren, Dien uw weer uw Vryheid gaf: Dankt Oranje vreije Telgen, Pryst zyn Deugden, roemd zyn Moed, Waagt voor hem als braave Belgen, In den nood uw heldenbloed. 3. Wilt met hem de vrede minnen, Ziet U Landgenooten aan; Ziet de wroeging die van binnen Hun verteert om hun bestaan: Laat de dierb're Eendragt groeijen, Onder zulk een Staatsbestuur, Dan zal Nederland weer bloeijen Met den Prins haar Palinuur. 4. Laat ons bidden om het Leeven, Van den Vorst die in deez' tyd, Zoo veel blyken heeft gegeeven Van zyn Edelmoedigheid, 'k Hoop ô Vorst dat God U spaare, En beschermt in alle nood; Hy schenkt U nog veele Jaare, Met U Kroost en Echtgenoot. 5. Dat Jehova U gelyden, En bestieren door zyn hand, Op dat gy nog langen tyden, Blyft een steun voor 't Vaderland, Laat ons dan de Godheid danken, Die U haaters heeft verneert; Roemt ô Volk met blyde klanken, Hoe Vorst WILLEM triumpheert. Door M.J.v. Hoogenhuyzen. Zynde de Maakster van Ondankbaar Volk, welk Nederland bewoonen, enz. Vorige Volgende