de handen van den moordenaar en verklaren dat men internationale maatregelen moet nemen tegen het anarchisme. De Brusselsche politie zoekt medeplichtigen op en is zoo ongelukkig ‘bij misgreep’ onschuldigen in hechtenis te nemen. Het Italiaansch kabinetshoofd Zanardelli is zeer vertoornd omdat nogmaals een afvallig landgenoot zijn landaard met smaad overladen wil.
Opdat Heer Zanardelli geen gelegenheid meer zou hebben zich over dergelijken smaad boos te maken en met het loffelijk inzicht de Brusselsche politie een goeden dienst te bewijzen, ben ik bereid de namen openbaar te maken der aanleiders en medeplichtigen van den aanslag op het dierbaar leven van den Koning der Belgen. Ik hoop echter dat Heer Zanardelli zijn plicht zal doen en de schuldigen met al de strengheid der wet om rekenschap zal vragen.
Ik beschuldig den Italiaanschen politiekommissaris Brina, den aanslag te Brussel bewerkt te hebben.
Ik beschuldig den Italiaanschen consul in Londen, Rigetti, mede de hand in de zaak te hebben.
Ik beschuldig verder den Italiaanschen minister van binnenlandsche zaken, Heer Gioletti van medeplichtigheid in het voorgevallene.
Ik ben ten allen tijde bereid de oorspronkelijke bewijzen voor deze beweringen ter inzage te leveren aan den Heer Staatssekretaris Hay, opdat hij ze bij de bestrijding der anarchisten gebruiken kunne.
Het ministerie van binnenlandsche zaken in Italië maakt over den aanslag de volgende nota bekend:
‘Zijn naam is Gennaro Rubino, en hij gold