‘Flikken’ op speed. Romans en verhalen van Christophe Vekeman
In de jaren '80 van de vorige eeuw werd de literatuur in Vlaanderen gedomineerd door twee even baldadige als succesvolle ‘mooie jonge goden’: Tom Lanoye en Herman Brusselmans. Geïnspireerd door Amerikaanse schrijvers als Salinger, Bukowski en Easton Ellis dienden zij de Vlaamse letteren een stevige dosis rock-'n-roll toe. Hun literaire mix werd door velen fel gesmaakt, niet het minst door de jongeren, die beide schrijvers ook kenden van hun talrijke tv-optredens. Ook in de jaren '90 bleef de roem van Lanoye en Brusselmans onverminderd voortbestaan.
Maar net als schrijvers worden lezers ouder. Sommige van die lezers gooiden in de jaren '90 hun acnezalfjes weg en namen in één vlotte beweging de pen ter hand, naar het voorbeeld van de mooie jonge goden die hen hadden leren lezen. In het kielzog van Lanoye en Brusselmans debuteerde in Vlaanderen een aantal schrijvers dat voortbouwde op de rock-'n-rollliteratuur uit de jaren '80. In 1994 publiceerde Paul Mennes zijn eerste roman Tox. Twee jaar later verscheen Jeroen Olyslaegers' eerste volwaardige boek Il faut manger en in 1999 debuteerde Dimitri Verhulst met de verhalenbundel De kamer hiernaast. Nog in datzelfde jaar publiceerde Christophe Vekeman zijn eerste boek Alle mussen zullen sterven, een korte roman gevolgd door drie nog kortere verhalen.
Alle mussen zullen sterven gaat over Graf, een ex-rockgitarist die met zijn groep ‘Graf & The Crap’ ooit één hitje heeft gehad, ‘Another Man's World’. Graf heeft één grote liefde in zijn leven: een Opel Kadett. Aan alle andere dingen houdt hij een ‘leeg en nutteloos’ gevoel over. Het grootste deelvan de tijdprobeert Graf dit gevoel te verdrijven door andere mensen op te zoeken (vooral de rijke drugdealer Raymond is een populair tijdverdrijf), door zich suf te drinken of door joints te roken of cocaïne te snuiven. Na een bezoek aan Raymond blijkt de achterruit van Grafs Kadett ingegooid te zijn met een rode biljartbal. Het hele verdere boek bestaat uit feestjes en bezoekjes waarop flink wat gezopen en gebruikt wordt en uit bespiegelingen van Graf, die probeert te achterhalen wie zijn Kadett toegetakeld heeft. Op het einde van het verhaal blijkt Elsje de schuldige te zijn, een labiele vriendin van Graf, en niet François, de vriend van Dorothy, een meisje waar Graf mee aanpapt. Het inzicht komt echter te laat: als duidelijk wordt dat Elsje de schuldige is, heeft Graf al lang wraak genomen op de vermeende dader François en hem met zin voor sadisme vermoord. Niet dat Graf daar wakker van ligt, overigens. Zijn leven gaat na de moord onverstoord verder en zonder wroeging deelt hij het bed met Dorothy.
Vekemans debuut bezit meer diepgang dan uit deze samenvatting van het verhaal af te leiden valt. Zo blijkt Grafs liefde voor zijn Kadett te maken te hebben met de dood van zijn moeder, die door een Kadett werd aangereden. Tegen anderen vertelt hij echter dat zijn moeder door een Opel Ascona werd aangereden. Door dit soort van subtiliteiten krijgt het hoofdpersonage toch wat psychologische diepgang mee, maar helaas tref je veel te weinig spitsvondigheden van dat soort aan in Alle mussen zullen sterven. Vaker moet je je als lezer ergeren aan geforceerde beeldspraak, zoals deze: ‘Risico's zijn als vrouwen, zei Drummer altijd, ze zijn er om genomen te worden. Maar in dit geval was het risico een aids-lijdster.’ Vekemans eerste boek laat de lezer achter met een leeg en nutteloos gevoel. Je leest er een soort Brusselmans - één met minder gevoel voor humor, maar meer zin voor plot.
Het is vooral wegens deze laatste eigenschap dat Vekemans tweede boek, Iedereen kan het, een heel wat betere indruk nalaat. Iedereen kan het is een lekker ouderwets detectiveverhaal dat van begin tot eind vol spanning zit en door enkele onvoorspelbare plotwendingen blijft verrassen. Het verhaal is nogal ingewikkeld en ik kan het hier niet echt samenvatten, maar van de omschrijving op de achterflap als zou Iedereen kan het een ‘met ziedende vaart geschreven, ingenieuze roman noir’ zijn, is geen woord gelogen. Harry, een privé-detective, raakt verstrikt in een web van intriges als hij en zijn gokverslaafde baas