| |
| |
| |
Actuele fotografie in Nederland
Johan de Vos
werd geboren te Brugge in 1942. Studeerde film en fotografie aan het Sint-Lucasinstituut te Schaarbeek. Is directeur van de Stedelijke Academie voor Beeldende Kunsten te Sint-Niklaas en publiceert over moderne fotografie in onder meer ‘Knack’ ‘de Volkskrant’ en ‘De Standaard’.
Adres: Grote Peperstraat 11, B-9100 Sint-Niklaas
Van 14 tot 17 november 2002 werd in Parijs de zogenaamde ‘Paris Photo’ gehouden. Dit is een beurs waarbij 89 galerijen uit 13 landen een stand hebben in een grote zaal van het Louvre. Ze verkopen er foto's. Dit jaar was Nederland de centrale gast. Het land werd er vertegenwoordigd door 14 galerijen, het grootste aantal na Duitsland en Frankrijk. Ik lees in de persmap: ‘La photographie néerlandaise connaît depuis le début des années 90 un rayonnement qui dépasse ses propres frontières.’
Nederland is dicht bevolkt en verdeeld. Er zijn eindeloos veel fotografen en ze leven en werken op een relatief kleine oppervlakte. We merken het ter plekke, maar ook in het boek Fotografen in Nederland. Een anthologie 1852-2002. In dit boek, dat fungeert als catalogus van een tentoonstelling die nog tot 2 maart loopt in het recentelijk geopende Fotomuseum in Den Haag, wordt het werk van 226 Nederlandse fotografen (een selectie uit 650) besproken. De kwaliteit van het werk is hoog, ondanks het grote aantal deelnemende fotografen. Bij de samenstelling werd dan nog geen rekening gehouden met de foto's die gemaakt werden in fotoverenigingen of door amateur-fotografen.
Het Fotomuseum in Den Haag opende zijn deuren op 17 december 2002 en werkt onder de vleugels van het Haagse Gemeentemuseum. Het bevat de fotocollectie van het Gemeentemuseum, een verzameling van 2.000 stuks, en biedt ook onderdak aan het befaamde prentenkabinet van Leiden, dat tot nu toe geen tentoonstellingsruimte had. Wim van Sinderen, die het museum leidt, heeft een publieksgerichte aanpak voor ogen. Samen met het GEM, het museum voor actuele kunst dat in hetzelfde gebouw huist, is het Fotomuseum het enige Nederlandse museum dat tot tien uur 's avonds openblijft. Naast tentoonstellingen, vinden er allerlei randactiviteiten plaats waarmee men ook andere mensen naar het museum wil halen dan het gebruikelijke kransje van ingewijden.
| |
| |
Afb. 1, Willem Diepraam, ‘Peggy’, Amsterdam, 1975. Uit: ‘Willem Diepraam’, Focus Publishing, 2001.
| |
| |
Afb. 2, Ed van der Elsken, ‘Vali Myers’, Saint Germain des Près, Parijs, 1950-1954 © Ed van der Elsken / Nederlands Fotoarchief.
| |
| |
Afb. 3, Hans Aarsman, ‘Netersel’, uit: ‘Hollandse taferelen’, 1988.
| |
| |
Afb. 4, Paul Huf, ‘Modereportage voor “Avenue” in de Moskouse metro’, 1965 © Paul Huf / MAI.
| |
| |
Afb. 5, Anton Corbijn, ‘David Bowie’, Chicago, 1980 © Anton Corbijn / Torch Gallery Amsterdam.
| |
| |
Afb. 6, Desiree Dolron, ‘Brigitte’ (Xteriors III), 2001.
| |
| |
Terwijl het Haagse Fotomuseum volop draait, ruziën Amsterdam en Rotterdam nog om een legaat dat eigenlijk bestemd was voor de bouw van zo'n museum. De zorgzame amateur-fotograaf Hein Wertheimer liet in 1997 een bedrag van 22 miljoen gulden (ongeveer 10 miljoen euro) na ‘voor de bevordering van de Nederlandse fotografie in het algemeen en voor steun aan casu quo voor de oprichting en instandhouding van een Nederlands fotomuseum, waarin zowel de professionele als amateuristische beoefening der fotografie tot hun recht komen in het bijzonder.’ Als dat geld intussen nog niet besteed werd, komt dat omdat de wedijver tussen Rotterdam en Amsterdam de werkzaamheden verlamt en omdat niet iedereen geneigd is om ook de ‘amateur’-beoefening ernstig te nemen. Rotterdam is open, er is nog plaats en ambitie maar er is minder culturele en toeristische interesse en het LPF-bestuur toont er zeer weinig belangstelling voor cultuur. Amsterdam is kleiner, kan rekenen op een langere traditie en een trouwer publiek, maar heeft ook een iets muffer imago. Wat er met het Wertheimer-geld ook zal gebeuren, Den Haag kan nu al trots zijn op zijn eigen fotomuseum.
| |
Universeel
De fotografie in Nederland is maar een klein beetje anders dan de fotografie in België of de fotografie in bijvoorbeeld Australië. Het uitzicht van foto's wordt beïnvloed door een aantal culturele omstandigheden als tv-programma's, eetgewoontes, vrijetijdsbesteding, relatie met de dood, seksuele gewoontes, het gemiddelde inkomen. Tegelijk worden fotografen geïnspireerd door bestaande beelden van hun collega's en voorgangers zodat foto's steeds vaker gaan lijken op andere foto's. Foto's zijn niet gebonden aan een taal van woorden, ze hanteren de beeldtaal, die gecompliceerder, universeler is. Daarom kunnen we niet nauwkeurig spreken over de specifieke kenmerken van de fotografie in een bepaald land.
Laten we ons geen illusies maken: ook in de wereld van de fotografie zijn er groepen en stromingen, is er minachting van de één voor de ander, is er discriminatie. De fotografie staat niet op zichzelf, ze is de uitdrukking van het menselijke bedrijf, met al zijn glorie en onvermogen. Daarbij komt nog het grote onderscheid tussen openbaar en het privé. Foto's kunnen goedkoop zijn, voor 10 eurocent kan men bij een drogist een heldere, scherpe foto laten afdrukken. Iedereen kan het zich permitteren; in Nederland worden dan ook vele miljoenen foto's gemaakt, puur bestemd voor privé-gebruik. De openbare foto's verschijnen in kranten en publicaties, aan de muren van de expositiezalen en in glossy kunstboeken.
Als men over fotografie spreekt, heeft men het eigenlijk meestal over de foto's die in het openbaar verschijnen. Ze zijn duur. Het kost veel geld om ze te laten drukken en er zijn kapitaalkrachtige organisaties nodig om ze naar
| |
| |
behoren te exposeren. De openbare fotografie is afhankelijker van macht en geld en deze situatie verschilt van land tot land. De prijzen van kunstfoto's blijven stijgen, ook in de economische malaise na 11 september 2001. Foto's van Nederlandse fotografen vormen daarop geen uitzondering. Hoewel Nederland nooit een echt wereldberoemde fotograaf voortgebracht heeft, zijn foto's van Nederlanders erg in trek op de internationale kunstfotomarkt. De hoogste prijzen worden betaald voor foto's met een hoge technische kwaliteit. Technisch goedgemaakte afdrukken worden steeds duurder, terwijl middelmatige foto's dalen in prijs. Toch kunnen we de kwaliteit van de Nederlandse hedendaagse fotografie niet zomaar afmeten aan de marktprijs.
| |
Een handvol foto's
Soms gebeurt er iets. Op een dag in 1975 staat er een meisje voor een moerassig stuk veld. Het is Peggy, ze is jong, heeft wilde zwarte haren en ze draagt een dunne halsketting met een hartje eraan. Ze staat flink rechtop, de handen in de zij, de bloes gespannen over haar borsten en met de ogen dicht. Het zou een voorbijgaand evenement zijn, ware het niet dat ze in deze positie gefotografeerd werd door Willem Diepraam in zwart-wit, bij het licht van een strakke grijze lucht, tegen een onscherpe achtergrond (afb. 1). Deze foto kan nergens anders gemaakt zijn dan in Nederland, dat weet je door de lucht en de achtergrond (met kranen in de verte), de kleren, de houding en door Peggy. Ik herinner me deze foto van een expositie in het Nederlands Foto Instituut, hij hing aan een centrale muur, als een monument in de kern van de tentoonstelling. De andere foto's waren in verhouding slechts versiering, nevenverschijnselen.
Misschien kunnen we het verhaal over de actuele fotografie in Nederland maar het beste beginnen bij deze foto. Zo wordt het een verhaal met niet al te veel woorden, als een promenade van de ene foto naar de andere. Het zijn er uiteindelijk niet meer dan een handvol: foto's die blijven hangen omdat erg veel mensen er niet naast kunnen kijken. De openbaarheid flirt dan met de intimiteit, want de reden waarom deze of gene foto blijft hangen is zeer persoonlijk.
De foto van Willem Diepraam lag nog in het verlengde van wat Ed van der Elsken aanrichtte in Nederland. De foto's van Van der Elsken waren niet zozeer de weergave van het onderwerp, maar eerder de weergave van de daad. Met zijn foto's verbeeldde Ed van der Elsken een barokke levensstijl, waarbij hij de kijker zwaar betuttelde met nadrukkelijke beelden, bijvoorbeeld door de randen vanaf het midden van beeld donker te maken, zodat er op den duur niet veel meer te ontdekken viel, behalve het voor de hand liggende (afb. 2). Toch waren deze foto's zeer populair, gewoon omdat ze zo simpel waren, alleen geschikt voor snelle consumptie.
| |
| |
Hans Aarsman sloeg een andere weg in. In opdracht van het dagblad Trouw reisde hij gedurende tien maanden door Nederland. Met een grote platencamera maakte hij de opnamen vanuit een hoger standpunt, vaak vanaf het dak van zijn bestelwagen. Het werden kleurenfoto's die week na week verschenen in de krant en gebundeld werden als ‘Hollandse taferelen’ (afb. 3). De foto's van Hans Aarsman zijn open en vrij. Ze dwingen geenszins de kijkrichting van de toeschouwer, ze tonen het Nederlandse landschap in al zijn schaamteloze overzichtelijkheid.
De open houding van Hans Aarsman bevat veel humor. Hij relativeert zijn onderwerp, meer nog, hij relativeert de fotografie. Voor hem is de fotografie niet alles, het is slechts één van de middelen waarmee hij zich uit. Uiteindelijk werkt hij niet alleen met zijn eigen foto's maar recupereert hij ook bestaande beelden. Daarnaast schrijft hij boeken en toneelstukken.
Met Aarsman stuiten we op een algemener kenmerk van de Nederlandse fotografie: de technische verfijning. Dat uitte zich vroeger al in het werk van Paul Huf, die bekend werd met zijn modefoto's (afb. 4), de publiciteitsfoto's voor KLM en vooral voor Grolsch, een merk van bier waarvoor hij reclame maakte met extreem verzorgde stillevens.
Halverwege de jaren negentig publiceerde Vrij Nederland een paginagrote foto van een Pools meisje aan het strand. Ze poseerde in een groen, halfnat badpak voor de zee. De foto leek meteen een klassieker, het meisje leek een Venus, ze ontroerde de kijkers en de fotografe, Rineke Dijkstra, werd onvergetelijk in Nederland.
Ook deze foto werd gemaakt met een grote platencamera en in kleur. Hij was haarscherp en getuigde van een grote ernst. Enerzijds leek het een amateurfoto, maar anderzijds was hij ingenieus en treffend. De hoogst professionele variatie op een vakantiekiekje. De publicatie in Vrij Nederland heeft meer effect dan een grote expositie of de publicatie in een fotoboek. De oplage is belangrijk, maar ook de naam en de cultuur van het weekblad. Toch was die foto anders dan de andere, hij was direct en confronterend, en tegelijk poëtisch en van alle tijden.
In 1999 fotografeert Anton Corbijn een meisje in zijn huis. Het is de wereldberoemde actrice en zangeres Kylie Minogue. De foto is blauwig en verschijnt wereldwijd op het web. Anton Corbijn prijst haar positieve krachten en beweert dat het onmogelijk is om van haar een slecht of middelmatig beeld te maken. Kylie is niet alleen blij met de foto, ze vindt het ook prachtig om door Anton Corbijn gefotografeerd te worden.
Via een zijspoor werd Corbijn zowat de bekendste Nederlandse fotograaf. Dat zijspoor is de muziek. Met ferme contrasterende beelden, vaak in
| |
| |
blauw omgekleurd, geeft hij allure aan de muzikanten. Deze foto's moeten treffen, ze zijn er niet alleen voor zichzelf of voor de fotografie, maar ze horen thuis bij hun muziek en in het milieu van de grote namen. Om binnen te komen in hun wereld (David Bowie (afb. 5), Captain Beefheart, Bono, Miles Davis) kan men het beste zelf ook een grote naam hebben. En zo gebeurde het met Anton Corbijn: hij werd zelf een celebrity en fotografeerde de beroemde muzikanten op gelijke hoogte. Veelzeggend is het feit dat hij naar Londen verhuisde. Voor dit niveau bleek Nederland te klein.
In 2001 maakte Desiree Dolron een bijzondere foto (afb. 6). Het is een klassiek vrouwenportret met zacht zijdelings licht. De vrouw kijkt recht in het objectief, ze heeft een gladde huid en bleke gesloten lippen. De foto hoorde al bij de collectie van het gemeentemuseum van Den Haag. Het is een gekunsteld portret. We krijgen de indruk dat het beeld via retouche of via de computer uitgezuiverd werd en ontdaan is van de kleinigheden die de weergave te persoonlijk maken. Dit is niet zozeer het portret van ene Brigitte, maar eigenlijk ‘een’ portret. De zoveelste variatie op een klassiek en schilderachtig thema. Op de Parijse fotobeurs besteedde de galerij Loerakker haar volledige ruimte aan het werk van Desiree Dolron.
Is het verhaal van de Nederlandse fotografie met deze foto afgelopen? Integendeel. Nu er een Fotomuseum bestaat, kunnen we pas beginnen te schrijven. Zolang er goede fotografen zijn in Nederland, zal het verhaal verdergaan.
| |
Bibliografie
wim van sinderen (red.), Fotografie in Nederland. Een anthologie 1852-2002, Ludion, Gent / Amsterdam, 2002, 472 p. |
mirelle thijssen, Het bedrijfsfotoboek 1945-1965. Professionalisering van fotografen in Nederland, 010, Rotterdam, 2002, 289 p. |
naomi boas, flip bool, hans rooseboom & jan teeuwisse, Hein Wertheimer 1913-1997. Amateurfotograaf, Thoth, Bussum, 2002, 139 p. |
annie-laure wanaverbecq & chris van esterik, Willem Diepraam, Focus Publishing, Amsterdam, 2002, 200 p. |
Fotomuseum Den Haag, Stadhouderslaan 43, NL-2517 HV Den Haag. Postadres: Postbus 72, NL-2501 CB Den Haag. Open van dinsdag tot en met zondag van 14 tot 22 uur.
Tel.: 0031-(0)70-338.11.44. Zie ook http://www.fotomuseumdenhaag.nl |
|