American Adventures. Bovendien werd de directeur overvallen door een negatief advies van de Raad voor Cultuur, die suggereerde van het Holland Festival een tweejaarlijks festival te maken.
Dit jaar echter bleef het Concertgebouw het domein van het Holland Festival, dat zich vooral gezichtsbepalend deed kennen door Frank Zappa in het middelpunt te plaatsen. Niet onlogisch waar het festival streeft naar een laagdrempelige programmering en daarbij mikt op cross-overcomponisten. Het probleem is, dat de jongeren niets hebben met Zappa, een ‘historische’ figuur, terwijl de klassieke muziekliefhebber, doorgaans ouder, wel qua leeftijd opgegroeid is met het verschijnsel Zappa, maar liever het lawaai van een big band mijdt.
Desalniettemin was het een daad om Zappa's complexe muziektheater ‘200 Motels’ te reconstrueren en op te voeren. In 1980 was de samenwerking tussen het Residentie Orkest en Zappa nog mislukt, men kon niet tot een financiële overeenkomst komen. Zappa overwoog zelfs, onthulde zijn weduwe Gail, om in zijn testament te verbieden dat ooit nog eens een Nederlands Orkest zijn muziek zou spelen. Gail zit er boven op: elektronische muziek toevoegen aan een puur instrumentale compositie als ‘Strictly Genteel’, zoals begin 2000 het Florida Orchestra en de band Bogus Pomp overwogen, kregen bij haar nul op het rekest.
Kortom, dat het tot een opvoering van ‘200 Motels’ kwam was op zichzelf al opmerkelijk te noemen!
Helaas bleek Zappa minder gediend met een brede presentatie - zo bleek uit het Zappatribute van het Metropole Orchestra - waar hij nogal wat vluchtig maakwerk leverde.
Boeiender vond ik het pionierswerk van elektronische componisten als Jan Boerman (1923-), Dick Raaymakers (1930-) en Ton Bruynèl (1934-1998).
Boermans overrompelende ‘Kringloop I’ uit 1994 ontstond uit de compositie ‘Voor de Fabriek’, waarin de luisteraar een grote fabriekshal in Eindhoven ruimtelijk kon ervaren. Pauzes boden de gelegenheid in en uit te lopen, na 38 minuten begon het stuk opnieuw, vandaar de kringloop als metafoor. Groot is de dramatische contrastwerking naast uiteraard de ruimtelijkheid. Tegen het slot dreigt een blikseminslag en luiden al in de verte doodsklokken.
Dick Raaymakers leende de dramatiek in zijn ‘Konzert für...’ uit 1995 van Beethoven. Het werk plaatst Frances-Marie Uitti, die een werk voor haar cello wenste, centraal op het podium. Een technicus draait de band van Beethovens Triple Concerto in C en een derde protagonist, de dirigent Roland Kieft manipuleert Uitti's cellosolo als in ‘De Handen’ van Michel Waisvosz, waarbij tempo en dynamiek via sensoren te beïnvloeden zijn. Vele herhalingen op de band geven Beethovens zachtmoedige lyriek iets enigmatigs en trekken zijn uitgelatenheid naar de demonie.
En over overrompelende dramatiek gesproken, wat een kracht straalt er van het pionierswerk van Ton Bruynèl! Al zijn composities voor orgel en tape werden meesterlijk vertolkt door de specialist in dit genre Willem Tanke. Bruynèls ‘Reliëf’ uit 1964 ontstond in een wisselwerking met Ligeti's ‘Volumina’. Bij de première vloog het orgel bijna in brand, niet bestand tegen de ongewoon zware clusterklanken die Ligeti bedacht. Die klanken had hij in de visie van Bruynèl beter aan de elektronica kunnen overlaten. Bruynèl stelde zich vooral de vraag hoe een klank te scheppen die ook ruimte is. Het antwoord wist hij als geen ander...
Nu lijkt er een onoverbrugbare kloof te gapen tussen een gewoon Holland Festival en een gespecialiseerd Holland Festival Oude Muziek aan het eind van de vakantiemaand. Maar dit is slechts schijn. De initiator Frans de Ruiter speelt even graag oude muziek op zijn clavecimbel als die van Kagel. Als directeur van het gewone Holland Festival maakte hij dan ook van 1985 één groots Kagel-jaar. En in '94 lanceerde hij het plan om voor het oude muziekfestival een link te leggen met hedendaagse muziek. Die is bijvoorbeeld te vinden bij Ligeti, die in de jaren tachtig 14e-eeuwers als Solage en Senleches verslond, geïnspireerd door het feit dat deze Middeleeuwse nieuwlichters in drie verschillende maatsoorten musiceerden als dat zo uitkwam.
De Schotse muziekpublicist Simon Mundy werd vervolgens leider van het festival en bedacht dit soort dwarsverbanden. Inmiddels is hij opgevolgd door Casper Vogel als zakelijk directeur en verdween Jan Nuchelmans als artistiek leider, elk jaar kiest men nu voor een