Vonne van der Meer (°1962) - Foto R. Hoeben.
Van der Meer ermee zegt dat zij niet samenvalt met de al dan niet fabulerende schoonmaakster, dat zij niet verantwoordelijk gesteld kan worden voor dier hartverwarmende geschiedenissen vol troost na menselijke beproevingen. Waarom ligt dat zo gevoelig? Ongetwijfeld omdat de ongelovig opgevoede Van der Meer zich in 1994 tot het katholicisme heeft bekeerd en dat wekt wantrouwen bij de rationeel geharnaste, seculiere intelligentsia. Alsof Van der Meer nu gelijk de stem van de Paus literair verbeeldt! Dat is natuurlijk onzin. Zij is géén ‘vertelster van vrome sprookjes’, zoals zij door een criticus is genoemd. Haar onderwerp in
Eilandgasten is de menselijke conditie en dat is genoeg.
Het valt me juist op dat ze in de in haar verhalen aangesneden, morele, levensbeschouwelijke kwesties geen oordeel geeft, haar eventuele eigen visie er streng buiten houdt. De lezer moet het zelf maar uitzoeken, terecht natuurlijk. Een zwanger adolescent meisje bivakkeert met een tweemaal zo oude vriendin in Duinroos. Die vriendin heeft ooit tot abortus besloten. Had ze ongelijk? Niet vanuit haar perspectief, zoals het meisje nu gelijk heeft om het kind te houden.
De gasten van Duinroos worden beproefd, ze verkeren allen in een crisis, het gaat even niet meer. Het oudere echtpaar heeft hun zoon verloren, een oude man wil niet meer verder leven, een echtgenoot wordt op zijn werk voorbijgestreefd door een jongere collega en vergalt daarom wrokkig de vakantie van zijn gezin. ‘Vroeger heette hij niet area-manager maar vertegenwoordiger. Misschien hielden die benamingen je met beide benen op de grond en had hij zich gek laten maken door een nepwoord.’ Het openingsverhaal is het sterkst, over Dana en haar overspelige man Chiel die het met de Berlijnse tolk Helga gedaan heeft. Zij wil hem vergeven en dat doet ze ook, maar daarmee is de kous niet af. Zijn verraad heeft haar beroofd van haar argeloosheid en op zijn Wiedergutmachung zit ze ook niet te wachten. Binnen een paar bladzijden ontvouwt zich een psychologisch, door alle gevoelens en beweegredenen gecompliceerd, maar uiterst menselijk drama van alle tijden - een oneindig verhaal, zoals de geboden op een bepaalde manier eeuwig zijn. ‘Hij was overmoedig geweest. Hij kon niet tegen wodka, wist dat van zichzelf en toch had hij twee glazen gedronken omdat hij wel eens wilde vergeten wie hij was, van wie de man, van wie de vader. Maar het vreemde was dat hij sinds die nacht sterker dan daarvoor de man was van, en vader. Een meeuw die krijsend zijn nest bewaakte.’
De suggestie in Eilandgasten is duidelijk: het huis is een doorgangshuis, zoals het leven zelf. Wat men achterlaat is hooguit een teken, een veertje of een paar woorden in het gastenboek. Wat achterblijft in het door zovelen betreden en weer verlaten huis is dat gastenboek, benadrukt deschrijfster. Een mooi beeld voor de literatuur.
Toch vormt de metaforische setting - het huis - geen strikt noodzakelijk bindmiddel. De verder uiterst subtiele, natuurgetrouw overkomende verhalen hadden gemakkelijk zonder gekund. De samenhang had afdoende bepaald kunnen zijn door de geactualiseerde bijbelse geboden in de levens van Van der Meers personages. Dat minder meer is, spreekt uit haar manier van schrijven en vertellen: eenvoudig, zonder aan diepgang in te boeten. Op iedere, weldadige pagina van Eilandgasten krioelen de literaire microben, staat alles zoals het er hoort te staan. En dàt is bepaald niet niks.
Jeroen Vullings
vonne van der meer, Eilandgasten, Uitgeverij Contact, Amsterdam, 1999, 205 p. |