Antwerpse collega-bibliograaf Prosper Arents. Pas vele jaren later zette Roemans, nu in samenwerking met Hilda van Assche, de Bibliografie van de Vlaamse tijdschriften voort voor de periode na 1930; tussen 1960 en 1968 verschenen 14 delen bij Heideland in Hasselt, later nog aangevuld met enkele ‘bis’-nummers om de leemte tussen het verschijningsjaar van de betrokken bibliografie en het jaar 1969 te overbruggen. Immers, in 1970 verscheen aflevering 1 van een nieuwe reeks, Vlaamse literaire tijdschriften vanaf 1969, ditmaal een jaarlijks te verschijnen overzicht van wat de Vlaamse literaire tijdschriften in het afgelopen jaar te bieden hadden gehad. Daartoe werd, als een postume hulde aan de inmiddels (1968) overleden Urvater, de Rob. Roemans-Stichting opgericht, die tot vandaag de dag zorgt voor de continuïteit van het project.
Aflevering 1 over 1969 omvatte dertig Vlaamse tijdschriften, van Argo tot Zenit; van twee ervan kon alleen het bestaan worden vermeld, omdat de tijdschriften zelf onvindbaar bleken: de bladen Een uit Assebroek en Rustende Hersenen uit Mechelen waren zelfs (?) in het toen nog jonge Wettelijk Depot van de Koninklijke Bibliotheek niet te vinden. De hoop van de samenstelster, ‘deze twee tijdschriften te kunnen excerperen voor aflevering 2’, kon niet worden waargemaakt. Zij rusten, wat mij betreft, in vrede.
In 1972 werd het roer omgegooid: uit een bibliografie van de Vlaamse literaire tijdschriften werd een tijdschriftenbibliografie van het hele Nederlandse taalgebied geboren. De titel van de reeks veranderde in Bibliografie van de literaire tijdschriften in Vlaanderen en Nederland en als Nederlandse medewerker van Hilda van Assche trad R. Buurman van het Letterkundig Museum op. August Keersmaekers, voorzitter van de Rob. Roemans-Stichting, legde in een Ten Geleide uit dat met de koerswijziging een oude wens in vervulling was gegaan. De toekenning van een Visser-Neerlandiaprijs van het Algemeen Nederlands Verbond had de voorwaarden geschapen voor een verruiming van de opzet tot het hele taalgebied; de voorzitter sprak de overtuiging uit ‘dat hiermede een algemeen-Nederlands belang wordt gediend’. Dat is ook zo, en als het om bibliografisch werk gaat, mag je het woord ‘dienen’ zeer letterlijk nemen.
In 1972 ging het om 28 Vlaamse en (slechts) 10 Nederlandse tijdschriften. Op publicaties als Rustende Hersenen werd in Nederland kennelijk geen jacht gemaakt; al bij al ten onrechte, denk ik, want je weet maar nooit welk later talent daarin mogelijk zijn eerste eitje heeft gelegd. Gaandeweg besteedde de bibliografie echter niet alleen aan Vlaamse kant de passende aandacht aan eendagsvliegen of, als u wilt, eenjarige planten zoals Het Bladgewas (1974), Casita de la Soledad (1995), 't Muzekoeriertje (1986), Quarant-Dash? (1985) of Venus 14 (1970), maar ook aan Nederlandse ephemera als Colophon (1978), Droomschaar (1991), Graffiti (1975), Herman (1980), Intertuur (1977), Oprit (1973), Raakvlak (1979), Rubicon (1980), Sarafaan (1986), Toermalijn (1975) of Venster (1982). Sommige tijdschriften leken al in hun titel de kiemen van een spoedig verval te dragen: Quousque Tandem? (1982-1983) en R.I.P. (1982-1983) in Vlaanderen, Janboel (1985-1986) en Virus (1984-1986) in Nederland. Het tijdschrift Tristan (1987) rekte zijn bestaan nog één jaar onder de voor de hand liggende naam Tzara (1988), maar toen was de verbeelding (of het geld) kennelijk ook op.
Dankzij het door Hilda van Assche gestimuleerde speurwerk aan beide zijden van de grens groeiden de twee onderdelen van de bibliografie ook kwantitatief naar elkaar toe. De laatst verschenen aflevering - de vijfentwintigste in de reeks - nu verzorgd door Hilda van Assche, Richard Baeyens en (voor Nederland) Peter de Bode, ontsluit 22 Vlaamse en 23 Nederlandse tijdschriften, verschenen in 1996. Het werd een boek van 478 bladzijden, om iets in op te zoeken, maar ook om in te bladeren, dingen te herkennen en van andere, voor het eerst, soms met een schokje, kennis te nemen (is in dát blad iets over mij geschreven?). Kortom, bibliografisch werk van de bovenste plank - om maar eens een beeld te gebruiken dat niet alleen in de bakkerij maar ook in de bibliotheek van toepassing is.
Ludo Simons
Bibliografie van de literaire tijdschriften in Vlaanderen en Nederland. De tijdschriften verschenen in 1996, door Hilda van Assche, Richard Baeyens en Peter de Bode, uitgegeven door Rob. Roemans-stichting vzw., Minderbroedersstraat 22, B-2000 Antwerpen, 1997, 478 p. |