Festival verdient. De Vlaming Peter Verhelst, door Van Hove benaderd om Shakespeares tekst te vertalen, maakte een ingrijpende bewerking die elke hoop op kaarslichtromantiek en fluwelen hartstocht met één verwoestende klap de grond in boort. Romeo en Julia (studie van een verdrinkend lichaam) heet zijn bewerking voluit, en reeds die titel geeft aan welke kant de tekst opgaat. Het is een neerwaartse beweging, door de personages zelf in feite gezocht, naar een plek en een moment waar de dood met open armen zijn opwachting maakt.
Het is de vraag of deze pessimistische Romeo en Julia, een coproductie van Van Hoves Zuidelijk Toneel en het Antwerpse de Singel, vernieuwend moet worden genoemd. Met het oeuvre van Shakespeare is al zoveel gejongleerd, dat elk positief oordeel daaromtrent met scepsis moet worden begroet. Ten Oorlog, de recente bewerking van de koningsdrama's door Tom Lanoye, is een mooi voorbeeld van wat het fileermes met Shakespeare zoal kan doen. Verhelst kan menen dat na zijn bewerking dit drama nooit meer hetzelfde zal zijn, er zullen nieuwe bewerkingen en regies komen die in de tekst opnieuw het ultieme liefdesverhaal blootleggen.
Toch is de voorstelling interessant om de wijze waarop Verhelst en Van Hove een nieuw licht op het drama laten schijnen en bijvoorbeeld ook om de schitterende choreografieën, laat dat voorop staan. Maar de personages worden zo ondergeschikt gemaakt aan de (vermeende) nieuwe inzichten van Verhelst, dat zij in feite niet tot leven komen. Romeo (Ramsey Nasr) is weliswaar een mooie jongen, maar met de diepgang van een buiksprekende pop; Julia (Camilla Siegertsz) is een beminnelijk bijdehandje, maar zij acteert bestudeerd en heeft nergens ‘her moments’. Verhelst en Van Hove hebben met chirurgische precisie het bloed uit de voorstelling getapt, dat er anderzijds zo rijkelijk in vloeit.
Een voorstelling die tien jaar geleden nog niet gemaakt had kunnen zijn - als men het Holland Festival wil zien als een podium voor
Uit ‘Rotjoch’, door Toneelschuur in samenwerking met KunstenFESTIVALdesArts.
de vernieuwing - is
Rotjoch van Gerardjan Rijnders, gemaakt in samenwerking met het KunstenFESTIVALdesArts en de Haarlemse Toneelschuur. De vormgeving van Marc Warning, uitgeleend door het Onafhankelijk Toneel in
Rotterdam, is gebaseerd op computergestuurde grafische technieken die een decennium terug domweg onmogelijk waren. De regie is in handen van Guy Cassiers, de nieuwe artistiek leider van het RO-theater, die vorig seizoen in
HMA - Hiroshima mon amour reeds de mogelijkheden van deze theatervorm verkende.
De verhaallijn in Rotjoch is ontleend aan de roman The Butcher Boy van de Ierse schrijver Patrick McCabe en bevat elementen uit Rijnders' theatertekst Wolfson, de talenstudent. De begeleidende programma-informatie bevat daarnaast citaten uit het werk van Nescio, Jan Arends en Ben Havemans. Als er dan al moet worden verwezen naar Nederlandstalig literair werk, dan ligt een parallel met A.F.Th. van der Heijdens De tandeloze tijd voor de hand. De drinkende, werkschuwe vader, de uit het lood geslagen moeder, de wens om te ontsappen aan het (Brabantse, dus katholieke) provinciale milieu, de popcultuur van de jaren zestig: Van der Heijden en Rijnders lijken hun verhalen te grondvesten op eenzelfde fundament.
Belangrijker aan deze voorstelling dan de rechtlijnige plot is echter het experiment van