hij maakt van een dusdanig formaat dat ze echte gebruiksgrafiek genoemd kunnen worden.
Over het formaat van een boekmerk is de laatste jaren een discussie gaande. Vanzelfsprekend is iedereen van mening dat een boekmerk ook in een boek gekleefd dient te worden. Maar met name de Oost-Europese grafici hebben een voorkeur voor exlibris die, wat betreft het formaat, soms nauwelijks in een boek passen. Toch zijn er veel exlibrisliefhebbers die dergelijke grote bladen graag hebben. Exlibris worden namelijk door verzamelaars geruild en grote bladen zijn als prestige-object gewild.
Exlibriswereld organiseerde in 1995 een exlibriswedstrijd waarbij in het reglement bepaald werd dat de ingezonden boekmerken niet groter mochten zijn dan 63 vierkante centimeter. Voor veel grafici en opdrachtgevers was dat een onoverkomelijke barrière. Toch deden nog honderd kunstenaars uit de hele wereld mee.
Geheel in de lijn van de verwachting waren de meeste van de ingezonden exlibris uitgevoerd in de etstechniek. Veel opdrachtgevers prefereren de laatste twintig jaren deze techniek boven de hoogdruk. Op de eerste plaats biedt de etstechniek de graficus de mogelijkheid om een schilderachtige voorstelling te maken, die nog kan worden versterkt door het gebruik van aquatint. Deze sfeervolle beelden kunnen bovendien door kleuren geaccentueerd worden zodat de opdrachtgever bij het zien van het resultaat de adem inhoudt van bewondering.
Het werd echter een hoogdrukexlibris van Gennadi Pugachevsky uit Kiev dat de eerste prijs won. De hoogdruk is de oudste druktechniek. Pugachevsky gebruikt als materiaal geen hout, zoals eeuwen gebruikelijk was, maar plastic. De traditionele houtgravuren zijn in zwart-wit. Het exlibris van Pugachevsky daarentegen is kleur. Hij gebruikte vijf blokken, elke blok voor een andere kleur. Deze vijf gravures drukte hij over elkaar af. Het resultaat is een sfeervolle verbeelding die geïnspireerd is op het lied Light in dark van de Belgische jazz-zangeres Viktor Lazlo.
Opdrachtgevers hebben vaak een voorkeur voor kleurrijke boekmerken. Grafici die de ets-, litho- of zeefdruktechniek beoefenen kunnen gemakkelijk aan deze vraag voldoen.
De Vlaamse kunstenaars Beniti Cornelis en Martin Baeijens maken dergelijke exlibris in de zeefdruktechniek. Het grafisch werk van de Mechelse kunstenaar Beniti Cornelis doet, op
Beniti Cornelis, ‘Exlibris Agaath van Waterschoot’, zeefdruk. © SABAM België 1997
het eerste gezicht, denken aan een spontane uitbarsting van action-painting. Het is niet zo vreemd dat zijn zeefdrukken een schilderachtige expressie uitstralen, want Cornelis is op de eerste plaats schilder. Net als op zijn doeken komt in zijn prenten een stortvloed aan tekens voor. Tekens die de echo's zijn van introverte gesprekken die de kunstenaar met zichzelf voert op zijn rondgang door de oude stad of in de stilte van zijn atelier. Wanneer Beniti Cornelis een exlibris maakt kijkt hij de opdrachtgever eerst recht in de ogen. Hij observeert en creëert daarna met zijn poëtische tekens en visueel sonnet als boekmerk. De zeefdruktechniek biedt hem de mogelijkheid om de schilderachtige werkwijze over te brengen op zijn prenten.
Martin Baeijens uit Smetlede, docent aan de kunstacademie te Gent, maakt al exlibris sinds de jaren zestig. Aanvankelijk graveerde hij vele boekmerken in hout maar omstreeks 1985 begon hij met zeefdrukexlibris. Vanaf het begin vielen zijn exlibris op door de geabstraheerde vormen en sinds hij de zeefdruk is gaan toepassen versterken de kleuren deze abstracties. Het boeiende bij de boekmerken van Baeijens is de werkwijze waarop hij figuratieve aspecten opneemt in het spel van vorm, lijn en kleur. Ze dringen zich niet op maar stimuleren