Ons Erfdeel. Jaargang 38
(1995)– [tijdschrift] Ons Erfdeel– Auteursrechtelijk beschermdHonderd jaar ANVOp 27 april 1895 werd in Brussel door Hippoliet Meert het Algemeen Nederlands Verbond opgericht. Onafhankelijk van dit Vlaamse initiatief deed de Nederlandse letterkundige H.J. Kiewiet de Jonge in 1897 een oproep voor een Algemeen Nederlands Taalverbond. Beide initiatieven werden gebundeld. Het doel van het ANV is in grote lijnen nog altijd hetzelfde als 100 jaar geleden en wordt vandaag als volgt geformuleerd: ‘de handhaving en ontplooiing van de Nederlandse taal- en cultuurgemeenschap waar ook ter wereld, de bevordering van de culturele integratie van Nederland en Vlaanderen en het onderhouden van de verbindingen met de verwante taal, het Afrikaans en de daarmee verbonden cultuurgemeenschappen’. De oprichting van het ANV kadert zeer zeker in de tijdgeest; in diezelfde periode werd in Frankrijk de Alliance française (1883) en in Duitsland het (al verdwenen) Alldeutscher Verband (1891) opgericht. Beide organisaties hadden eveneens de samenwerking van taalgenoten tot doel. De kern van de Nederlandse leden van het ANV was behept met een nationalistische ideologie. Om de grootheid van het eigen volk te onderstrepen, werden de Nederlandssprekenden van over de hele wereld in beeld gebracht. In Vlaanderen moet het ANV vooral binnen de Vlaamse beweging gesitueerd worden. Meert had grote belangstelling voor de Vlaamse ontvoogdingsstrijd. Hij had niets anders voor ogen dan een krachtige bundeling van zoveel mogelijk Vlaamsgezinden, met de Nederlandse taal als onderling bindmiddel. De Vlaamsgezinden zagen in de | |
[pagina 781]
| |
samenwerking met Noord-Nederland een steun voor hun eigen zaak. Door de tegenstellingen die er na 1914 onder de Vlaamsgezinden ontstonden, boette het ANV in Vlaanderen sterk aan betekenis in en verschoof het zwaartepunt naar Nederland. De organisatie heeft tussen de twee wereldoorlogen vooral betekenis gehad voor de betrekkingen met Nederlanders overzee en met Zuid-Afrika. In Zuid-Afrika kende het ANV maar een korte bloei, de eerste jaren waren er beloftevol, maar die belofte werd nooit helemaal ingelost. Na de Boerenoorlog daalde het ledenaantal snel. Het belangrijkste werk van het ANV in Zuid-Afrika is de Nederlandse ANV-Boekerij in Kaapstad, die in 1993 80 jaar bestond. Op dit ogenblik bestaat deze bibliotheek uit 25.000 Nederlandstalige boeken en het boekenbestand groeit jaarlijks met een 400-tal exemplaren. Ook in Nederlands-Indië, de Antillen en Suriname was en is het ANV aanwezig. Het Visser-Neerlandia Fonds behoort tot de kern van het werk van het ANV na de Tweede Wereldoorlog. H.L.A. Visser liet het ANV de helft van zijn vermogen na. Met dit geld worden de Visser-Neerlandia-prijzen uitgereikt, die worden toegekend voor doeleinden die volledig bij de activiteiten van het ANV aansluiten. Belangrijk is ook dat vanaf 1960 het ANV de Algemeen-Nederlandse Congressen in het leven roept en daarmee aansluit bij een traditie van voor de Eerste Wereldoorlog. In 1978 wordt met het oog op de organisatie van deze congressen een aparte vereniging opgericht: het Algemeen-Nederlands Congres (ANC). In 1990 komt het tot een breuk tussen beide organisaties. De recente jaren zijn vrij moeilijk geweest voor het ANV. Al op een algemene verbondsvergadering in Rupelmonde in 1981 wordt door A.W. Willemsen opgemerkt: ‘Het ANV handhaaft zich moeizaam en van uitbouw is geen sprake, het heeft geen contact met jongeren en betrekt zijn leden teveel uit bepaalde kringen.’ Willemsen merkt op dat, als het ANV zijn vroegere betekenis terug wil krijgen, het aansluiting zal moeten vinden met modernere gedachtenstromingen. Deze problematiek speelt de organisatie tot op vandaag parten. Ook in de mooi uitgegeven, degelijke studie over 100 jaar ANV Tussen cultuur en politiek. Het Algemeen-Nederlands Verbond 1895-1995Ga naar eindnoot(1) wordt dat zeer open besproken. Dat de rol en de betekenis van het ANV echter toch ook niet mag worden geminimaliseerd, bleek uit de stijlvolle bijeenkomst op 9 mei 1995 in de Grote Kerk van Den Haag in aanwezigheid van Koningin Beatrix en van Koning Albert II. Maar daarnaast is er uiteraard het werk van enkele duizenden ANV-leden en de verschillende activiteiten van het Verbond. Zo wordt in 1995 nog een colloquium georganiseerd over de plaats en de betekenis van de Lage landen in Europa.Ga naar eindnoot(2) Per 1 september 1995 werd ook aan de Universiteit van Amsterdam de ANV-leerstoel ‘Cultuur der Nederlanden’ gevestigd. Het honderdjarige ANV is nu een eerbiedwaardige vereniging. Voor een accuraat werkend Algemeen Nederlands Verbond is er beslist ook nog een toekomst weggelegd. Politiek ongebonden organisaties als het ANV kunnen van groot nut zijn om de plaats van de Nederlandse cultuur in de steeds sneller evoluerende Europese integratie te beschermen en te versterken. Ook bij het bevorderen van de samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland en het verspreiden van de Nederlandse cultuur in de wereld kan het ANV nog vruchtbaar werk verrichten. Dirk van Assche |
|