Middelnederlandse letterkunde, met name voor de vroege Maaslandse literatuur.
Goossens is in de laatste jaren zowel (tekst)- filoloog als linguïst geweest. Nadat in 1972 zijn leeropdracht met Nederduits was uitgebreid, heeft de Nederduitse Reyne de Vos (Lübeck, 1498) hem tot de studie van het middeleeuwse dierenepos gebracht, met als resultaat o.a. de editie van Reinaerts Historie en het boek over de iconografie van de Reinaert, beide uitgegeven door de Wissenschaftliche Buchgesellschaft te Darmstadt. Lezenswaard en modern is De gecastreerde neus (1988), een belangrijke bijdrage tot de receptiegeschiedenis van onze middeleeuwse literatuur, maar ook tot de mentaliteitsgeschiedenis. Het verdient vermelding dat de universiteitsbibliotheek van Munster er korte tijd geleden in geslaagd is het beroemde handschrift B van ons Middelnederlandse dierenepos uit het Rijnlandse Schloss Dyck te verwerven, een nieuwe parel aan de kroon van Munster als middelaar tussen de Nederlanden en Duitsland.
Goossens is in de laatste jaren zowel (tekst)- filoloog als linguïst geweest. Nadat in 1972 zijn leeropdracht met Nederduits was uitgebreid, heeft de Nederduitse Reyne de Vos (Lübeck, 1498) hem tot de studie van het middeleeuwse dierenepos gebracht, met als resultaat o.a. de editie van Reinaerts Historie en het boek over de iconografie van de Reinaert, beide uitgegeven door de Wissenschaftliche Buchgesellschaft te Darmstadt. Lezenswaard en modern is De gecastreerde neus (1988), een belangrijke bijdrage tot de receptiegeschiedenis van onze middeleeuwse literatuur, maar ook tot de mentaliteitsgeschiedenis. Het verdient vermelding dat de universiteitsbibliotheek van Munster er korte tijd geleden in geslaagd is het beroemde handschrift B van ons Middelnederlandse dierenepos uit het Rijnlandse Schloss Dyck te verwerven, een nieuwe parel aan de kroon van Munster als middelaar tussen de Nederlanden en Duitsland.
Aan de afscheid nemende hoogleraar, die in Munster naast het Nederlands op even succesvolle wijze voor het vak Nederduits de wetenschappelijke traditie van Jostes, Schulte-Kemminghausen en Foerste heeft voortgezet werd een indrukwekkende feestbundel aangeboden. Drie van zijn oud-studenten, J. Cajot (Hasselt/Brussel), L. Kremer (Antwerpen) en H. Niebaum (Groningen), hebben niet minder dan 110 vrienden, collega's en oud-studenten van de jubilaris uit de Nederlanden en het hele Duitse taalgebied, naast vakgenoten uit Zweden, Schotland, Polen en Zuid-Afrika, bereid gevonden een bijdrage te leveren aan het lijvige liber amicorum, Lingua Theodisca. Beitrage zur Sprach- und Literaturwissenschaft (Munster, 1995). Het werd samengesteld ter ere van de Limburgse geleerde, die vroeger al wegens zijn verdiensten voor de wetenschap en de Nederlandse cultuur vereerd werd met het lidmaatschap van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde te Gent, met het Grosse Verdienstkreuz van de BRD en met het eredoctoraat van de Luikse universiteit.
Gilbert A.R. de Smet
Lingua Theodisca: Beitrage zur Sprach- und Literaturwissenschaft; Jan Goossens zum 65. Gebunstag, José Cajot, Ludger Kremer und Hermann Niebaum (Hrsg.), Niederlande- Studien: 16 (1,2), 1995, 2 delen, 1259 p.