kwamen zo de filosofie achter de invultekst, het verwachtingspatroon van de leerling, de cartoons en het lied, de commerciële televisie en het verval van de verzuiling, experimenten met het tweetalig en het in spelvorm gegoten onderwijs en ten slotte de ‘suggestopedie’, een onderwijsmethode die een ontspannen leerproces zonder stress beoogt.
De actualiteit van het motto van het colloquium ‘Europa 1993 - grenzeloze tegenstellingen’ bleek niet alleen uit het forumgesprek. Reeds tijdens de inleidende voordracht van Prof. W. Herrlitz werd duidelijk, dat niet alleen taal en economie de eenwording van Europa bemoeilijken. De oude vooroordelen spelen blijkbaar nog steeds een belangrijke rol. Het nationale bewustzijn dat, zoals Prof. H. Lademacher, de directeur van het nieuwe centrum voor Niederlande-Studien in Münster betoogde, een belangrijk uitgangspunt was voor de Nederlandse schilderkunst uit de Gouden Eeuw, blijkt op de dag van vandaag vooral bij de jongeren met een schrikwekkend negatief beeld van de Duitsers en Duitsland gepaard te gaan.
Er is dus nog veel werk aan de winkel, tenminste als men vermijden wil, dat de tegenstellingen grenzeloos worden. Dat geldt, zoals Prof. E de Rover uit Berlijn tijdens zijn voordracht over de vertaling van Nederlandse literatuur duidelijk maakte, niet in de laatste plaats ook voor de houding van Nederland en Vlaanderen wat betreft de promotie van de Nederlandse literatuur in het buitenland. Die is in de laatste tijd steeds onduidelijker geworden. Terecht wees de directeur van het Instituut Nederlands in Berlijn op het belang van een al dan niet gezamenlijke deelname aan de boekenbeurs in Frankfurt: in 1993 heeft die Nederland als thema en daarop dreigt de Nederlandse literatuur, volgens hem, als er niets verandert, te schitteren door afwezigheid.