mers een open deur op een markt van miljoenen consumenten, en anderzijds is Belgisch-Vlaanderen vandaag de belangrijkste handelspartner van Noord-Frankrijk. Ook op toeristisch gebied is grensoverschrijdende samenwerking vanzelfsprekend.
Burgemeester Delobel heeft grondige redenen om te pleiten voor een bevoorrechte plaats van het Nederlands in het vreemdetalenonderwijs in Noord-Frankrijk. Hij grijpt dan ook alle kansen aan om het aanbod van Nederlandse lessen in zijn stad uit te breiden. Wat dat betreft was er al een zekere traditie. Zowat dertig jaren geleden begon men in Belle met vrije avondcursussen Nederlands, georganiseerd en gesubsidieerd door het ‘Comité voor Frans-Vlaanderen’ uit Waregem. De eerste officiële cursus Nederlands in het middelbaar onderwijs van Noord-Frankrijk werd in 1972 opgericht aan het college Maxime Deyts in Belle. Pas enkele jaren later gingen ook andere steden het Belse voorbeeld volgen: Armentiers, Duinkerke, Rijsel, Halewijn, Bray-Duinen...
In navolging van het geslaagde project Nederlands op de basisschool Pasteur van Wervicq-Sud (januari 1986) begon men in 1990 in Belle met Nederlands onderwijs op de rijksbasisscholen. Momenteel leren ruim 400 leerlingen van de derde kleuterklas en het eerste leerjaar er Nederlands. Dat ebeurt op speelse wijze en in kleine groepjes onder leiding van een Vlaamse en twee Nederlandse leerkrachten. Het Nederlandse Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen (Afdeling Internationale Betrekkingen) en VVOB (Vlaamse Vereniging voor Ontwikkelingssamenwerking en Technische Bijstand) organiseren en financieren de lessen. Binnen deze voor het Nederlands gunstige atmosfeer werd sinds vorig jaar ook begonnen met cursussen op twee middelbare scholen van het vrije (katholieke) onderwijs in Belle. In Noord-Frankrijk is Belle op het gebied van het Nederlands onderwijs dus toonaangevend in het streven naar ‘un bilinguisme de proximité’ door een aanbod van Nederlandse lessen voor jong en oud, op alle niveaus.
Dirk Verbeke