de zelfkant, de asocialiteit (die marge was voor Jan Vrijman de zwakzinnigheid). Hij heeft die dramatiek gekoncentreerd op de broers Doc en Kil, met hun zus Gina. Doc is de struise oudste, een bonkige rauwe vent met een grote tederheid voor zijn geestelijk wankele broer en zijn doofstomme zus. Het drietal is op jeugdige leeftijd in de steek gelaten door hun vader en is, na de dood van de moeder genoodzaakt geweest om te proberen schooiend door het leven te komen. Dit gemeenschappelijke schooien, onder patronage van Doc, heeft een bijzonder nauwe band tussen het drietal doen ontstaan. De onderlinge verbondenheid legt allerlei ekspressies op, van simpele hartelijkheid tot seksuele omgang. De pogingen van het drietal, bij wie zich nog een vriendin van Doc voegt, om aansluiting te vinden bij de normale, de gevestigde maatschappij zijn bij voorbaat gedoemd om te mislukken. Mogelijkheid tot wederzijds begrip is uitgesloten, omdat geen van de beide kanten het spel van de ander wil of kan meespelen. De gevestigde maatschappij is het sterkst, zij heeft de machtsmiddelen in handen en aan die middelen gaat het drietal ten gronde.
Het bewonderenswaardige in De Boers film is het balanceren tussen een naturalistisch realisme en een realistisch symbolisme. Dat balanceren is geen uiting van artistieke virtuositeit maar vooral van een intense geëngageerdheid met het dramatische tema: de kwetsbaarheid, de strijd en de onontkoombare ondergang van de marginale mens. Als Lodewijk de Boer zijn te sterke gebondenheid aan zijn oorspronkelijke toneeldialoog had weten te doorbreken, zou hij ongetwijfeld een filmisch meesterwerk hebben gekreëerd, zo sterk komen vaak de autentieke menselijkheden van het naar eigen identiteit zoekende marginale drietal door.
Dat er in de film geen of in elk geval slechts een uitermate summiere verhaallijn kan worden aangewezen vind ik, in dit geval, niet zo'n bezwaar. Het gaat om aftasting van levensgevoelens en levensgevoel uit zich nu een keer sterk fragmentarisch. Wie begrijpen wil is wel in staat om eenheid in verspreide brokstukken leven te onderkennen. Dat de film desondanks in een aantal losse delen uiteenvalt is te wijten aan de afstandelijkheid die De Boer te dikwijls laat ontstaan tussen de verbeelde dramatiek van het drietal en de kijker.
Deze afstandelijkheid vloeit voort uit de manier waarop De Boer het drietal konfronteert met het bestaan buiten hun marginale wereld. Deze konfrontatie gebeurt in de vorm van de typisch verklarende toneeldialoog. De dialoog ondersteunt op deze momenten de karaktertekeningen, in plaats dat zij, zoals van een dialoog in een film verwacht wordt, een natuurlijke emanatie is van de figuren zoals zij optreden. De filmdialoog die in wezen een aktie-onderdeel is, wordt hier geobjektiveerd tot een min of meer satirische, maar in elk geval bespiegelende evaluatie van de betrokken figuren. Allemaal, ook het drietal, hoewel dat zich nog het best in zijn karakteristieke eenheid van aktie en aktieverwoording weet te handhaven.
De momenten zijn: de sekwens met het mannetje van een financieringsmaatschappij in het begin; de sekwens van de binnenkomst van de ooit verdwenen vader in het midden; de sekwens van de pogingen tot analyse van het drietal door een figuur van wie niet helemaal duidelijk is wat hij moet voorstellen - politieel toezicht op orde en zedelijkheid of politiële psychiatrie ter opsporing van patologische elementen in de marge van de samenleving. Opvallend in deze momenten is, dat de dialoog niet alleen naar de vorm een toneeldialoog wordt maar ook in de intonatie. Op deze momenten ontglipt de film aan De Boers vingers. In tijdsduur gemeten eisen deze momenten meer dan de helft van de film op; maar de rest bezit een inwendige kracht, die deze (te lange) tijdsduur toch weer betrekkelijk maakt. In elk geval kan The family geboekt worden als positieve winst in de Nederlandse filmproduktie.
Een derde aanwijzing dat de kontinuïteit van de Nederlandse filmproduktie gewaarborgd geacht kan worden is het uitbrengen van Naakt over de schutting van Frans Weisz. Deze film mikt, zoals ook de door Weisz gemaakte film De inbreker, op een vorm van amusement, die met een dubbeltje al hoog genoeg gehonoreerd kan worden. Naakt over de schutting is een met behulp van kamera's kien gemaakt produkt, waarin Nederlandse kijkers zich kunnen vergapen aan de jolige eskapades van hun bekende sterren van de teevee. Het ding is onbeschaamd slecht en prullig, maar dat zal de pret wel niet kunnen drukken.
Een Nederlandse kritikus - Bertina van De Volkskrant - sprak naar aanleiding van Naakt over de schutting over een ‘film-revue’. Volgens Bertina iets nieuws aan de filmhemel.
Nu kan men er haast bij voorbaat van op aan dat, als aan een film een verruimende of beperkende kwaliteit wordt toegevoegd (in dit geval dus: revue), er naar verontschuldigingen wordt gezocht. Men wil aardig zijn en bedenkt iets om een produkt dat in