In de verf geboren.
Minnaert werd als het ware in de verf geboren. Zijn grootvader was landbouwer, maar zijn vader huisschilder die niet wou dat zijn zoon ‘artiest’ werd. Hij wou het echter tegen wil en dank worden, zelfs toen er eerst vele magere jaren kwamen.
In 1953 trouwt hij met Mieke, die lachen kan om zijn vitaliteit en impulsief karakter en ook in donkere tijden zijn trouwe levensgezellin gebleven is. Vier kinderen bevolken sedertdien het grote huis dat iets overgenomen heeft van de voorvaderlijke rust die vroeger op het landbouwbedrijf heerste. Ruimte en rust, elementen die de kunstenaar broodnodig heeft en die op hem bovendien inspirerend werken, want sedert hij te Heikruis woont, beleeft hij één van zijn meest produktieve perioden. Alsof de tijd dringt, werkt hij onophoudelijk verder.
In januari jl. eksposeerde Minnaert te Tokio en had er veel sukses. Lang en uitvoerig vertelt hij ons over deze reis naar Japan, die voor hem een verkenning van het Oosten geweest is. Na een maand keerde hij terug en greep onmiddellijk naar zijn penseel. Dit verre mysterieuze land heeft blijkbaar een biezondere indruk op hem nagelaten. Maar of hij in het Oosten of in het Westen verblijft, steeds zoekt hij de mens, die overal dezelfde is, gezeten op een hoge stoel of op een tatami. En alleen de universele mens is in zijn doeken weergegeven.
Minnaert heeft in relatief korte tijd een grote evolutie doorgemaakt. Hoe zijn werk zich verder zal ontwikkelen, kan niet voorspeld worden. Hij is een intuïtief kunstenaar die nooit vooraf denkt aan wat hij schilderen zal. Door de Commissie Plastische Kunsten van het Ministerie voor Nederlandse Cultuur werd hij onlangs samen met Jan Burssens uitgekozen voor de Biënnale van Venetië 1974.
Juliette Waeyenborghs