ballet
Béjarts Ballet gezien door Armand Verspeeten.
Tijdens het Festival van Vlaanderen te Gent, van 17 augustus tot 18 september, stelde Armand Verspeeten in de toegangshal en de wandelgangen van de Koninklijke Opera een dertigtal foto's tentoon gewijd aan het Ballet van de 20e Eeuw.
Verspeeten heeft de laatste jaren naam verworven als specialist op dit gebied, niet alleen in eigen land, maar ook in het buitenland.
Sinds jaren is Verspeeten een verwoed balletliefhebber, als het ware bezeten door die kunst welke in ons land zo lang de rol van Assepoester werd toebedeeld.
Misschien is het voor Armand Verspeeten een geluk geweest dat hij betrekkelijk laat - nauwelijks vijf jaar geleden - tot de fotografie is gekomen.
Want toen was er immers al de van dansaktiviteit gonzende ballet-bijenkorf te Brussel, waar Maurice Béjart in de Muntschouwburg en het Koninklijk Circus de grenzen van het beperkt balletpubliek had doorbroken door van het traditioneel ballet een massaschouwspel te maken.
Die Muntschouwburg en dat Koninklijk Circus te Brussel werden als vanzelfsprekend een ideaal werkterrein voor Armand Verspeeten. Dit verklaart waarom aan de cimaise in de Koninklijke Opera te Gent uitsluitend foto's hingen van het Ballet van de XXe Eeuw.
Afgezien van zijn liefde voor het onderwerp zelf is er nóg een reden waarom Armand Verspeeten de lenzen van zijn fototoestel ging richten op die aparte wereld van de dans en het ballet: hij werd er ook speciaal toe aangetrokken omdat het zo biezonder moeilijk is.
In de eerste plaats wordt de fotograaf gekonfronteerd met talrijke technische problemen door het feit dat hij tijdens balletvoorstellingen altijd in heel slechte omstandighegen moet werken: uit de zaal, of tussen de schermen. En ook, en vooral, omdat er altijd te weinig licht is, daar het danskunstwerk op toneel door de koreograaf in relief wordt gezet door rode en groene, blauwe en oranje spots.
Er is echter meer.
Er is waarschijnlijk geen onderwerp dat zo moeilijk te fotograferen is als de dans.
Want, zodra een dansbeweging in de ruimte is getekend, sterft ze weg in de volgende, die, op haar beurt, oplost in het niet.
Daarom is elke balletfoto een ‘betrappen van het bijna onvatbare’.
En hierdoor wordt al een eerste belangrijk aspekt van deze tentoonstelling duidelijk.
Muziek wordt bewaard door de partituur - nu ook door de gramofoon-