voldoende was om hem te doen aanklagen wegens ketterij. Dit was het begin van zijn vele wederwaardigheden, die uitliepen op zijn vlucht naar Duitsland. Duisburg, bij Düsseldorf, was toen het geliefkoosde toevluchtsoord der Vlaamse uitwijkelingen, en Kremer bleef er tot aan zijn dood.
Te Duisburg gaf hij les aan de Latijnse school en wijdde er zich verder geheel aan de kartografie. Hij, die oorspronkelijk bestemd was om priester te worden, maar later als leerling van Gemma Frisius volop de kartografie beoefende, instrumenten en globes maakte, kende vlug roem te Duisburg. Met de kaart van Europa, in 1554, brak Mercator met de traditie van Ptolemaeus en bracht hij de Middellandse Zee op 53o lengte. Ook deze kaartprojektie had de hartvorm. De belangrijkste kaart was de wereldkaart, in 1569, met de wassende graden in de beroemde Mercatorprojektie (cilinderprojektie), welke de eigenschap van konformiteit, d.i. juiste weergave van de landvormen, bezit, en juist daarom voor de zeevaart van zulke grote waarde was, terwijl bovendien op deze kaarten ook de te volgen koers door middel van een rechte lijn kon worden uitgezet. Kort na zijn dood verschijnt zijn Atlas in 1595. Voor het eerst wordt hier het woord ‘atlas’ gebruikt voor een verzameling kaarten die een geheel vormt. Mercator was een bekwaam zuiveraar van de bestaande kaarten, maar zijn grootste betekenis lag in het uitvinden en juist toepassen van kaartprojekties. In 1604 kocht Jodocus Hondius de koperen platen van Mercators atlas, die herhaaldelijk herdrukt en vermeerderd werd. Ook Hondius' opvolger, J. Janssonius, behield, tot 1673, Mercators naam op het titelblad.
De 450e verjaardag van de geboorte van de kartograaf en geograaf G. Mercator werd in ons land, nl. te Antwerpen, Rupelmonde en St.-Niklaas, en te Duisburg in Duitsland, waar de geleerde 42 jaar lang werkzaam was en zijn belangrijkste werken samenstelde, in 1962 herdacht. Het aangekondigde Mercatorjaar begon in België, begin 1962, met een ontvangst aan boord van het schip ‘Mercator’ en eindigde te Duisburg, waar een Mercatortentoonstelling werd gehouden. Wij herinneren eraan dat de Duisburg, waar men een Mercatorstandbeeld, een Mercatorstrasse en Kremerstrasse kan aantreffen, en te St.-Niklaas (het Mercatormuseum) fraaie en uitgebreide kollekties van en met betrekking tot Mercators werken bewaard worden
Judocus Hondius, eigenlijk Joost de Hondt, graveur, kartograaf, stempelsnijder en kalligraaf, werd te Wakken bij Gent op 14 oktober 1563 geboren. Hij overleed op 17 februari 1612 te Amsterdam, waar hij zich op 30-jarige leeftijd had gevestigd. Hij trad op als een uitgever van groot formaat: hij publiceerde de Geographia van Ptolemaeus met Griekse tekst (1605), de Atlas van Mercator met talrijke kaarten vermeerderd (1606), herhaaldelijk herdrukt en vertaald, een Atlas minor (1607), enz. In 1610 graveerde hij de kaarten voor John Speed's Theatre of the Empire of Great Britain, in 1611 een wereldkaart in twee hemisferen. In laatstgenoemd jaar werd hij deelgenoot in de Officina Commeliana te Heidelberg. Als kartograaf mag J. Hondius de beste van zijn tijd genoemd worden.
Abraham Ortelius, eigenlijk Ortels of Hortels, werd te Antwerpen geboren in 1527 en stamde uit een uit Augsburg afkomstig geslacht. Hij werd in 1547 als kaartenkleurder lid van het Sint-Lucasgilde te Antwerpen en dreef handel in boeken, handschriften, kaarten, prenten, penningen, enz. Ortelius zelf bezat een flinke verzameling antikwiteiten, waarvoor hij grote reizen maakte door West-Europa. Vanaf 1558 stond hij in relatie met Christoffel Plantijn. Ortelius verzamelde de beste kaarten en reisde veel om de overeenstemming ervan met het terrein te kontroleren. Grote opgang maakte in 1570 zijn kaartenverzameling Theatrum orbis terrarum, behalve de tekst geen eigen werk, doch 53 kaarten bevattend naar de beste (vnl. ltaliaanse) geografen uit de 16e eeuw en tot 1613 herhaaldelijk vertaald, herdrukt en vermeerderd. Deze atlas was vollediger dan de Atlas van G. Mercator, die echter eigen werk had geleverd. Later overvleugelden de atlassen van Jodocus Hondius het werk van Ortelius. Blaeu gaf in 1631 nog een Appendix theatri Ortelii et Atlantis Mercatoris uit. Ortelius geldt evenwel als de organisator van de aardrijkskundige kennis omtrent de gehele hem bekende wereld.
Petrus Plancius leefde van 1552 tot 1622, voorzag een bijbel van aantekeningen en kaarten en liet in 1592 in Amsterdam en Antwerpen zijn wereldkaart verschijnen, vnl. samengesteld uit een aantal Portugese kaarten van Laso van 1590 en de wereldkaart van Mercator van 1569. Met Plancius verplaatst zich het centrum der kartografie van de zuidelijke naar de noordelijke Nederlanden.
Gerard De Jode was na Ortelius en Mercator een van onze meest belangrijke kartografen. Hij was vrijmeester van het Antwerpse Sint-Lucasgilde in 1547. Zijn Speculum orbis terrarum is een atlas in twee delen, waarvan het tweede deel getiteld is Speculum geographicum totius Germaniae Imperium