een afbeelding van de Boerenbruiloft, geschilderd door Breugel, in zijn bezit heeft, ook al deelt Walschap ons dat niet mede.
Door intriges aan het hof én door de vervreemding van zijn vrouw ziet Tilman Armenaas de kans schoon om nog eens terug te keren naar zijn geboorteland Vlaanderen. Dan pas bemerkt hij, hoe schoon zijn land is. Hij ziet, dat het groen nergens zo schoon is als in Vlaanderen. En wie Tilman niet geloven wil, sla een blik op de ‘Hooioogst’ waar Breugel eeuwen geleden penseelde, wat Walschap in zijn ongelooflijke avonturen heeft verwoord.
Gewend aan een wijde, woekerende natuur, krijgt Tilman respekt voor de Vlaamse boer, die al wat groeit beheerst, leidt en benuttigt. Datzelfde respekt schiep - De Oogst - en - De terugkeer van het vee - Breugel en Walschap, hoe gemakkelijk zouden ze bij elkaar binnentreden, even gemakkelijk als de schatrijke Tilman in de hut van zijn straatarme jongste broer: ook al herkent hij er niets meer van zijn jeugd, hij gevoelt zich er wonderlijk op zijn gemak.
Misschien, omdat hij binnentreedt in het eeuwenoude huis van 1565 met het rieten dak, in de nabijheid van de woeste rivier, in het Breugeliaanse land, waar de horizon zo hoog ligt, omdat Breugel de aarde zo liefheeft? Ik weet het niet, maar in ieder geval treedt Tilman binnen in de witgekalkte kamer, de lemen vloer belegd met veelkleurige cementstenen, de cuisinière vervangen door het allernieuwste model van de Leuvense stoof. Aan die stoof zit een man, hij doet zijn middagdutje, de armen op de leuning, het voorhoofd op de armen. In het washokje staat een vrouw met de rug naar Tilman aan de afwas. Zij maakt zoveel gerucht, dat zij de bezoeker niet hoort. Tilman zet zich op een stoel tegenover de snorkende man en neemt alles rustig op.
Doch dit tafereel treft ge in geen enkel museum aan en wordt niet bewaakt door een argwanende suppoost van museum Boymans-Van Beuningen. Juist toen Pieter Breugel de Oude in 1569 de penselen klaargelegd had en het doek opgesteld om ook dit schilderij aan te vangen, verstarde zijn blik. Gerard Walschap vatte na eeuwen de pen op om te verwoorden wat de oude Pieter had gezien in Vlaanderen en op zijn reizen door de Alpen.
Kunstkenners menen, dat Breugels visie maar slecht met de Italiaanse werkelijkheid overeenkomt: men heeft nooit precies kunnen vaststellen waar Breugel zijn schetsen heeft gemaakt. Hier volgt dan de onthulling: Dit berglandschap is te vinden in het machtige Schirach, dat juist nu zo'n geweldige bloeiperiode doormaakt.
U twijfelt?
Laat ik U dan zeggen, dat niemand minder dan Monseigneur Floris Armenaas, vicarisgeneraal van het bisdom een telegram naar Schirach heeft verzonden om zijn zuster Silva geluk te wensen op haar trouwdag. Deze gelukwens ging natuurlijk vergezeld van de hartelijke groeten der ganse familie Armenaas, die in het Brabantse woonachtig is.
Ik meen in de buurt van Onze Lieve Vrouwe van Kapelle, waar Pieter Breugel begraven ligt...
Piet van Damme