| |
| |
| |
Enkele resoluties van de XVIIIe Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren.
Hieronder volgt de tekst van enkele resoluties, die op de XVIIIe Algemene Conferentie zijn aangenomen.
| |
Algemene resoluties.
1. | De Conferentie der Nederlandse Letteren, bekend met de blijkbare verwarring in de naamgeving van onze gemeenschappelijke literatuur in het buitenland, dringt aan op een zo breed mogelijke verspreiding van de volgende verklaring: |
| |
| Het Nederlands is na het Engels en het Duits numeriek de derde Germaanse taal. Het wordt gesproken en geschreven door ongeveer achttien miljoen mensen: circa dertien miljoen in Nederland en circa vijf miljoen in de noordelijke helft van België. |
| |
| De verdeling van dit taalgebied over twee afzonderlijke staten sinds de zestiende eeuw heeft in het buitenland de indruk doen ontstaan dat het hier ging om twee verschillende talen en dus om twee verschillende literaturen. Deze opvatting is onjuist. De nuanceringen binnen het Nederlands zijn niet groter dan in andere kultuurtalen. De staatsgrens tussen België en Nederland heeft nooit afbreuk gedaan aan de continuïteit en de eenheid van de Nederlandse Letterkunde sinds de Middeleeuwen. Bij het publiceren van vertalingen uit de Nederlandse literatuur wordt aanbevolen de onderstaande tekst te gebruiken: |
| |
| ‘Dit werk is vertaald uit het Nederlands, dat wordt gesproken en geschreven door ongeveer 18 miljoen mensen in Nederland en in de noordelijke helft van België.’ |
| |
2. | De Conferentie, verontrust over de koncentratie van machtsgroepen en hun greep op kommunikatie-media, besluit een werkgroep samen te stellen om de problemen van de vrije meningsuiting te onderzoeken en plaatst dit onderwerp centraal op de agenda van de volgende Conferentie. |
| |
3. | De Conferentie spreekt er haar vreugde over uit dat er meer dan voorheen een geregelde uitwisseling van erkende toneelgezelschappen plaats heeft. Zij drukt evenwel de wens uit dat de beide regeringen de garantiebedragen die als basis dienen voor de subsidiëring, zouden aanpassen aan de reële kosten. |
| |
4. | De Conferentie is bijzonder gevoelig voor de tot nu toe aan het Groot Limburgs Toneel door beide regeringen en regionale overheden verstrekte steun en dringt erop aan dat zij met even grote welwillendheid de integratie-moeilijkheden aan een aandachtig onderzoek zal onderwerpen en zo vlug mogelijk zal helpen oplossen. |
| |
5. | De Conferentie verneemt met genoegen dat DONETO zich bereid heeft verklaard het Centrum voor Nederlandse Dramaturgie aan Nederlandse zijde in zijn organisatie op te nemen. De Nederlandse regering zou deze afdeling van het Centrum onmiddellijk in staat moeten stellen haar werkzaamheden aan te vangen, in afwachting dat er aan Belgische zijde binnen de eerstvolgende drie maanden op gelijke wijze een initiatief wordt genomen. Het overkoepelende bestuurs-apparaat, waarbij ook kontakten met radio en televisie wenselijk worden geacht, dient onmiddellijk daarna met de steun van beide regeringen te worden opgericht. |
| |
6. | Opnieuw dringt de Conferentie erop aan dat aan Noordnederlandse zijde een driejaarlijkse Staatsprijs voor dramatische literatuur zal worden ingesteld. |
| |
8. | Gezien het grote kulturele belang van boeken en tijdschriften dringt de Conferentie in verband met de invoering van de Belasting Toegevoegde Waarde aan op toepassing van het nul-tarief voor deze uitgaven. |
| |
12. | Teneinde een gemeenschappelijk beleid mogelijk te maken bij de opbouw van geluid- en beeldarchieven in Noord en Zuid werd ingevolge resolutie 5, sektie Biblioteekwezen, van de 17e Conferentie der Nederlandse Letteren door de konservatoren van het Nederlands Letterkundig Museum en Dokumentatiecentrum te 's-Gravenhage en van het Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven, alsmede door de directeur van de Stichting Theater Klank en Beeld te Amsterdam een nota opgesteld, strekkende tot het verkrijgen van regeringssubsidies ten behoeve van de Stichting Theater Klank en Beeld te Amsterdam, het Nederlands Letterkundig Museum en Dokumentatiecentrum te 's-Gravenhage en het Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven te Antwerpen. |
Haar instemming betuigend met de inhoud van deze nota, verzoekt de Conferentie de Nederlandse Regering het reeds aangevraagde subsidie voor 1969,
| |
| |
waarvan de specifikatie bovendien in de nota Geluid- en Beeldarchief is opgenomen, aan de Stichting Theater Klank en Beeld toe te kennen en aan het Nederlands Letterkundig Museum en Dokumentatiecentrum te 's-Gravenhage een jaarlijks subsidie van f 6.750, - voor een overeenkomstig doel toe te kennen; zij verzoekt de Belgische regering een bedrag van Bfrs. 413.500, - voor de inrichting van een soortgelijk Geluid- en Beeldarchief als in het Noorden aan het Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven ter beschikking te stellen, alsmede een jaarlijkse subsidie van Bfrs. 1.305.000, - aan laatstgenoemde instelling.
| |
Sektie Radio en Televisie.
Resoluties:
1. | De sektie Radio en Televisie acht het noodzakelijk dat in de kommissie auteursrechten de omroepen van beide landen vertegenwoordigd zijn. |
| |
2. | De sektie acht het vanzelfsprekend dat in de bibliografie van vertalingen van Nederlands literair werk ook vertalingen van hoorspelen en televisiespelen worden opgenomen. Zij spreekt derhalve de wens uit bij het samenstellen van die bibliografie betrokken te worden. |
| |
3. | De sektie meent dat Dramatisch Akkoord slechts volledig zal zijn, indien ook dramatisch werk van radio en televisie opgenomen wordt. Zij spreekt de wens uit in dit verband opgenomen te worden in de redaktie hiervan. |
| |
4. | Nu de Conferentie de naamgeving van onze gemeenschappelijke taal- en letterkunde in het buitenland heeft vastgelegd, zullen radio en televisie in beide landen het hunne ertoe bijdragen die naamgeving in binnen- en buitenland ingang te doen vinden. |
| |
Besluiten Radio:
1. | De uitwisseling van sprekers wordt voortgezet. Ruime aandacht zal wederom geschonken worden aan de letterkundige bedrijvigheid in beide landen. |
| |
2. | De Belgische Radio en Televisie maakt een in beide landen uit te zenden programma, bestaande uit een onder auteurs te houden enquete over de vraag ‘Vindt U de natuur nog altijd een volwaardige inspiratiebron?’. |
| |
3. | Er wordt een reeks programma's gemaakt, getiteld ‘Karakteristieken of temata in de Nederlandse literatuur’. |
| |
4. | Er komt een in beide landen uit te zenden gesprek over de beste Nederlandse dichtbundels van 1967 en 1968. |
| |
5. | Door beide landen wordt een reeks programma's uitgezonden met herinneringen aan sinds 1940 overleden schrijvers. |
| |
6. | De omroepen in beide landen zullen een reeks programma's uitzenden getiteld ‘Eigen Biblioteek’, waarin bekende personen over hun boekenbezit ondervraagd worden. |
| |
7. | Een in Nederland te maken reeks ‘De Veertigers’ zal in beide landen uitgezonden worden. De reeks bestaat uit programma:s gewijd aan Ward Ruyslinck, Hugo Claus, Jan Wolkers, Hugo Raes, Armando, Lolle Nauta en Remco Campert. Nederland zendt ze uit in de Boekenweek. De teksten van de uitzendingen zullen in de Boekenweek als boekje beschikbaar zijn. |
| |
8. | Een groot aantal programma's zal in beide landen gewijd worden aan Erasmus (geboren 1469). |
| |
9. | De omroepen in beide landen zullen gezamenlijk een prijsvraag uitschrijven voor oorspronkelijke Nederlandse chansonteksten. |
| |
10. | Er zullen uitzendingen gewijd worden aan de Biencorf der Heilige Roomsche Kerke en aan de meertalige Plantijnbijbel, en zo mogelijk aan het Wilhelmus. |
| |
Besluiten Televisie:
1. | Als uitwerking van het betrokken besluit van de 17e Conferentie zijn opdrachten voor oorspronkelijk televisie-drama in uitvoering, bij Ivo Michiels, Bernard Kemp, Jos Vandeloo, Heere Heeresma, Lo van Hensbergen en Rex Brico. Los van de zeven opdrachten die in Nederland daarnaast mogelijk werden door subsidies van het ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk, lopen bij de beeldomroepen in beide landen nog 27 opdrachten voor oorspronkelijk Nederlands televisie-drama. Dit brengt het totaal binnen een jaar op 40. De beeldomroepen in beide landen besluiten ook volgend jaar de Nederlandse dramaturgie door opdrachten verder te stimuleren. De betrokken auteurs zullen daarbij zo veel mogelijk dramaturgisch worden begeleid en vertrouwd gemaakt met de televisie-techniek. |
| |
2. | Gezien het sukses dat met Brederode's ‘Lucelle’ is bereikt door samenwerking van de beeldomroep in beide landen met het Holland Festival besluiten de omroepen ook in het komend jaar het initiatief te nemen tot opvoering van een stuk van een Nederlandstalig auteur in het kader van het Holland Festival en zo mo- |
| |
| |
| gelijk tevens in het kader van het Festival van Vlaanderen. |
| |
3. | De beeldomroepen maken voor uitzending in beide landen dramatiseringen gereed van ‘Kaas’ (W. Elsschot - G. Rekers), ‘Elisabeth Musch’ (J. van Lennep - D. Dreux), ‘Villa des Roses’ (W. Elsschot - W. van der Kamp), ‘De Klop op de Deur’ (I. Boudier-Bakker - J. Staal), alsmede dramatisering van werk van E. Claes (J.C. Staes). |
| |
4. | De beeldomroepen in beide landen zullen uitvoerig aandacht besteden aan Erasmus en daarbij streven naar medewerking van omroepen in die landen waar Erasmus heeft verbleven. |
| |
5. | In de herdenkingsprogramma's van de beeldomroep in beide landen zal zo mogelijk aandacht worden besteed aan Marnix Gijsen (70 jaar), Johan Fabricius (70 jaar), Henriëtte Roland Holst (geboren 1869), de Biencorf der Heilige Roomsche Kerke (1569), Lode Zielens (gestorven 1944) en aan de meertalige Bijbel van Plantijn (1669). |
| |
Besluit Wereldomroep:
Ook in het komende jaar zal de Nederlandse Wereldomroep weer zes oorspronkelijke luisterspelen in het Spaans uitvoeren en verspreiden bij radiostations in Latijns-Amerika. |
|