Henri Titselaar.
Henri Titselaar.
‘Hij peilt met teleskopen van zijn brein de sterrenstelsels van zijn fantasie’. Zo typeerde Frans Babylon de artistieke werkzaamheid van de ‘franc-tireur van vorm en kleur’ Henri Titselaar. ‘Wat Titselaar doet is uniek in de Nederlandse schilderkunst’, schreef Charles Wentinck eens.
Na diverse tentoonstellingen elders in Noord-Brabant, stelde Henri Titselaar (afkomstig uit Sittard, tans wonende in 's-Hertogenbosch) tot midden november polyesterlichtschilderijen en olieverfschilderijen tentoon in het kultureel centrum te Oss.
Over zijn persoonlijke artistieke intenties zegt deze ontginner van een andere werkelijkheid zelf: ‘Deze persoonlijke artistieke intenties worden gekreëerd vanuit een onderbewuste wereld, die verband houdt met kosmologische, biologische en psychologische tendenzen, die het leven bepalen. Met andere woorden: gestalte geven op een plat vlak met vormen, die van wereldbeschouwelijke aard zijn en profetische gedachten in zich dragen. Uit deze onzichtbare realiteit ontstaan vormen, die enigszins surrealistisch aandoen en gestalte geven aan een eventuele wereld van straks. De vrije vorm en de vrije kleur, die hier gebezigd worden geven enorme mogelijkheden, vooral omdat het toeval hier in de kaart gespeeld wordt. Het onderwerp ontstaat hier automatisch - zonder vooropgezet idee - waardoor ik niet afgeremd word door cerebraliteit, die ergens nadelig kan zijn betreffende de ontdekking. Men moet dit natuurlijk niet verwarren en de stelling poneren, dat men het cerebrale kan uitschakelen; dit is niet het geval, daar het onderbewuste en het bewuste sterk verband houdt en één van de twee niet uit te schakelen is. Bij mijn vrije werk heeft het onderbewuste alleen voorrang. Het polyesterraam of lichtschilderij betekent voor mij: vorm, kleur, orde en toeval; de vreemde figuren, die hierbij opdoemen - eventueel in een onbekende ruimte - kunnen een uitwerking hebben op het gevoel van de beschouwer in gunstige of ongunstige zin. Na de kreatieve daad van een werk volgt meestal een onderschrift. Ik ga nadenken over de vormen, die ontstaan zijn op de blanke polyesterplaat, hetzij in zwarte of in blanke polyesterhars. De hier uit het onderbewuste konkreet geworden vormen gaan - door het denken over deze vormen - meer plaats maken voor de bewust geworden idee of onderschrift, mede door het aanbrengen van de kleuren in en om deze vormen. Dit onderschrift is dan ook voor meerdere uitleg vatbaar, omdat de visuele realiteit in wezen steeds anders is.’
Voor deze ‘visionaire dichter en tegelijk filosoloof’, zoals Dr. Dessers Titselaar eens noemde, schreven een zestal schrijvers en dichters begeleidende teksten, die bij de in-