verheugen - het Italiaans en het modern Grieks helemaal niet en het Duits slechts op enkele scholen wordt onderwezen. Nederlands deelt in de ‘malaise’. Australiërs die behoorlijk een vreemde taal kunnen schrijven en/of spreken behoren tot de zeldzaamheden, maar het kan niet worden ontkend dat het juist de kinderen van emigranten zijn die de hoogste cijfers halen in Engels. Ik geloof dat ik met anderen mag aannemen, dat ook ten aanzien van het onderwijs van het Nederlands geleidelijk een ander inzicht zich doet gelden en de meertaligheid wordt dan ook hoe langer hoe meer beschouwd als een niet genoeg te waarderen bezit waaruit munt geslagen dient te worden. ‘Vaardigheid in een vreemde taal’ zegt J. Braithwaite van de universiteit van Sydney, ‘mag niet ontaarden in een aftandse kunst’ en zij besloot met te zeggen dat het huidige opvoedkundige systeem in Australië van minderwaardig gehalte is op de internationale markt.
Met het oog op de in het verleden opgedane ervaring is het begrijpelijk, dat de enkele Nederlanders die zich beijveren om aan de eigen taal een zeker aanzien te verlenen op de duur de neiging vertonen het bijltje erbij neer te leggen. Het ontbreken van steun van hogerhand is hieraan niet vreemd. Blijft men doorhameren dan ontmoet men in die gezagskringen verzet en dit verzet, gepaard aan de onwil van de Australische onderwijsautoriteiten om enigerlei koncessie te doen ten opzichte van het onderwijs in vreemde talen in het algemeen kan onmogelijk nalaten de personen die hun moedertaal aan bod willen laten komen te isoleren als lastige zeurpieten. De Nederlandse emigranten hebben het te druk met de oplossing van hun persoonlijke ekonomische problemen om het serieus op te nemen voor de kulturele waarden die opgesloten liggen in een parate kennis van het Nederlands. Toch meen ik dat men hierop de aandacht moet blijven vestigen. Intussen geeft het de burger moed wanneer van tijd tot tijd een woord van waardering verschijnt en b.v. de Dutch Australian Weekly, afkomstig van lezers en lezeressen, zoals bij de publikatie van een verhandeling over Bredero. Een lezeres schreef dan zij voordien niet besefte hoe schoon onze Nederlandse taal kon zijn en meende dat de schrijver de Nederlandse gemeenschap aan zich zou verplichten door soortgelijke essays ook over andere grootmeesters van de Nederlandse taal te doen opnemen. Zo verscheen onlangs een artikel over Adriaan Roland Holst, terwijl andere nog zullen volgen.
Dr. C. Wouters