na in het midden van de bladzij. Er staan meer kuriosa in dit bekroonde bundeltje, dat als typerend motto een uitspraak van Marcel Duchamp heeft meegekregen: ‘When the clock is seen from the side (in profile) it no longer tells the time’. Aan deze woorden dankt de verzameling ook zijn titel.
De Barbarber-groep vertegenwoordigt een richting in de moderne Nederlandse poëzie die welbewust aansluit bij het werk van de dadaïsten. Andere groeperingen die zich met het schrijven van Nieuwe Poëzie (een vage aanduiding van de dichter-kritikus Riekus Waskowsky) bezighouden, zijn de dichters van het tijdschrift De Nieuwe Stijl (Armando, Verhagen, Vaandrager), die zichzelf afficheren als de internationale avant-garde, en de meer intellektualistische dichters als H.C. ten Berge en Rein Bloem. Vooral het werk van de Fransman Marcel Duchamp, pionier en teoretikus van de dada-beweging in de Verenigde Staten, staat bij de Barbarberisten hoog genoteerd. Zijn ‘ready made’ uit 1913, een op een keukenkruk gemonteerd fietswiel, wordt welhaast vereerd als een relikwie. Hij wordt genoemd: ‘...de grondlegger van de hedendaagse beeldende kunst, de inspirator van de nieuwste dans, muziek en literatuur.’ Dit citaat is genomen uit Een cheque voor de tandarts (1967), een studie over moderne kunst van J. Bernlef en K. Schippers. De titel verwijst naar een gebeurtenis uit 1919, waarin een tandarts een fantasiecheque van Duchamp als betaling aksepteerde. In dit werk wordt alle eer bewezen aan de man die voor het eerst kunst en werkelijkheid liet samenvallen. Evenals de meester aksepteren de discipelen Bernlef en Schippers de werkelijkheid als kunst en de kunst als werkelijkheid. Wat de lezer onder het alles-woord ‘werkelijkheid’ precies moet verstaan, wordt niet duidelijk, omdat de schrijvers nalaten een scherpe omschrijving van het begrip realiteit te geven; zij is in ieder geval, volgens hun woorden, ‘weergaloos fascinerend’. De auteurs bespreken in dit boek twintig kunstenaars die, elk op een eigen wijze overigens, vertegenwoordigers zijn van die totaal nieuwe kunst- en werkelijkheidskonseptie, die op eenzelfde natuurlijke wijze als de tandarts de
cheque aanvaardde, de werkelijkheid aksepteren, integreren en funderen. Enkele bewonderden zijn: Kurt Schwitters, John Cage, Erik Satie, Marianne Moore, Armando en Leo Vroman. Een verwijzing naar het werk van Kurt Schwitters, die onder andere in zijn Merzbilder (1920-1923) door middel van kollages en het gebruik van ‘objets trouvés’ een artistieke aanval op de konventionele kunst heeft gericht, treft men in Schippers' bundel aan op p. 21.
Karakteristiek voor de werkwijze van de Barbarber-groep is dat teksten van allerlei aard uit hun natuurlijke omgeving worden geïsoleerd en vaak worden gekombineerd met meestal volstrekt andersoortige teksten. Het effekt hiervan kan zijn dat de lezer zich een ogenblik het ongewone van het gewone realiseert, waarin hij ziende blind was. In een vraaggesprek heeft Bernlef eens gewezen op het voor hem fascinerende van De val van Icarus, een schilderij van zijn lievelingsschilder Breughel. Op dit paneel ziet men allerlei mensen: een ploegende boer, een vrouw, enkele landbouwers. Ergens op de achtergrond valt de vermetele Icarus in het water; niemand van de personages merkt dat op. Juist dat element chokeert de beschouwer; het doet hem de realiteit als nieuw ondergaan. Het bewust isoleren van teksten uit hun normale kontekst zou erop kunnen wijzen, dat deze alleen maar worden gevonden; dat is echter niet helemaal waar: sommige teksten in Barbarber zijn gemaakt.