Het Offer des Heeren
(1904)–Anoniem Het Offer des Heeren– Auteursrecht onbekend
[pagina 578]
| |
§ Ga naar margenoot* Na de wijse: Op v betrou ick Heere.Ga naar margenoot+EYlaes ick mach wel suchten
Dat nv buert so groot ellent
| |
[pagina 579]
| |
Want Gods volc moet hier vluchten
Ofte lijden groot torment
Alsmen siet present
Binnen Leyden en ander landen
Geheel verblent // tegent woort bekent
So gaetmen nv Gods volck verbranden.
Willem seer ionck van dagen
Hebben sy eerst voort gebracht
Hy sprack sonder versagen
Wy lijden niet als dieuen met cracht
Wy zijn so niet bedacht
Al neemtmen hier ons leuen
Moordadich gheslacht // die een streng oordeel wacht
Ga naar margenoot* O Heer
wilt dit haer vergeuen.
Mariken ionck van iaren
Brachten si ten anderen voort
Sy sprack: Heer wilt ons verclaren
Ga naar voetnoot1)
Dit lijden wy om v woort
Als Petrus orboort
Ga naar voetnoot2)
Desen wech weynich na haken
Ick ben niet weerdich hoort // dat ick lydt om v accoort
Maer ghy Heer sult my weerdich maken.
Dieuwercken quam met luste
Singhende een nieuwe Liet
Wachtende beter ruste
Als Esdras ons claer bediet
Borgers wreeckt dit niet
Sprack sy, Heer wilt ons aenschouwen
Want ons dit gheschiet // om v Woort en anders niet
Ga naar margenoot+
Ga naar margenoot+ Op v alleen staet ons betrouwen.
Mariken Jans oock mede
Hebben sy ter doot geleyt
| |
[pagina 580]
| |
Sy ginck den
Ga naar margenoot†
enghen pat treden
Die eens menschen voetstap is breyt
De rust is haer voorseyt
Sy sprack, hoort tsamen minst en meeste
Ga naar voetnoot1)
Daer is gheen wech bereyt // anders tot salicheyt
Ga naar margenoot†
O Heere ontfangt mijnen geeste.
Ghy Heeren wijs van rade
Besiet eens wat ghy doet
V siel doet ghy groot schade
Dat ghy stort onnoosel bloet
Ga naar margenoot* Doet oprechte
boet
Ga naar margenoot†
Als tvolck van Niniue dede
Haest v metter spoet // eer dat coemt de gloet
Betert v met Niniue de stede.
Daerom dat wy nv lijden
Ten is om gheene Sect
Ga naar voetnoot2)
Wy soecken niet te strijden
Ga naar margenoot‡ Dan met
tsweert des geests perfect
Twelck is puer onbeulect
Wy soecken niemant te deeren
Alle die de valsche leer deckt // soo Petrus vertreckt
Ga naar voetnoot3)
Ga naar margenoot‡ Die
lasteren den wech des Heeren.
Wilt al tsamen
Ga naar margenoot* niet
vreesen
Spreect Christus, al lijdt ghy pijn
Want ghy sult
Ga naar margenoot† salich
wesen
Als sy v verdruckende zijn
Om den Name mijn
Weet dat dit is voorsproken
Ga naar voetnoot4)
Ga naar margenoot‡ De draec
schiet zijn fenijn // onder heylich schijn
Seer corts wertet van Godt gewroken.
Die dit eerst heeft gesongen
God heeft hem by gestaen
Hy was daer toe gedwongen
Ga naar margenoot+ Om te
doen een cleyn vermaen
Al vande rechte baen
Hy heeftse oock getreden
Als dees hebben gedaen // so is hy na gegaen
Om te leuen met God in vreden.
|
|