de weder te rugh zijn geweken: gelijck wy vorder hopen en bidden, dat die selve genadige Godt onse wapenen meer en meer sal gelieven te zegenen en voorspoedig te maken. Tot desen eynde heb ick kortelijck dit Boeckjen laten beschrijven en het selve gedienstig aen Uwe Ew. Achtbaerheden willen op-dragen, vertrouwende, gelijk uwe wijse bestieringen gestaeg besich zijn over het seer nuttigh bevorderen van de op-voeding onser jeugt, dat het Uwe E. A. niet sal on-aengenaem wesen 't selve in de handen uwer Leerlingen te sien. Want of wy wel in ons lant noyt mogen vergeten, wat bloedige vervolgingen, ende tyrannische wreetheden onse Voor-ouderen, onder het woeden van den grouwelijcken Duc d'Alba, om de vryheyt van gewisse, den dierbaren schat der Gereformeerde Religie, en onses lieve Vaderlants al-oude wetten en privilegien te houden, hebben geleden, so sullen sy evenwel desen Nieuwen Spiegel der Jeught nu dienen te gebruyken, om ten minsten niet onwetende te blijven van d'ellendige tijden die wy door desen Fransen Oorlogh hebben moeten beleven, daer vele van onse Landen gebrandt, vernielt, verwoest, menichte duysenden van onse Vrienden, Bondtgenoten, en Mede burgeren, verarmt, uyt-geput, en bedorven; en wy alle in 't gemeen deerlijk ontroert en beswaert zijn geworden. Dese dingen behoort men van der jeugt aen haer in te prenten, op dat sy, die geheel haer leven gedenckende, uyt onse schaden haer voordeel mogen trecken, en sich verhoeden in diergelijcke rampen noyt te vervallen. Indien dit mijn werck by Uwe E. A. gunstigh wort aengenomen, soo sal ick van tijdt tot tijdt geen vlijt noch kosten sparen, om het selve te verbeteren en te vermeerderen; ende hier mede my seer gedienstigh in uwe gunsten gebiedende, wil ick blijven,
Eerwaerde, Achtbare, Wijse Voorsienige Heeren,
Uyt mijn Druckerye
Uwen toe-genegen Dienaer
Jacobus Bouman.
Amsterdam, den
16 October 1676.