De Nieuwe Gids. Jaargang 51(1936)– [tijdschrift] Nieuwe Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 277] [p. 277] Juliana van Oranje, Bernhard von Lippe-Biesterfeld door Dr. Willem Kloos. Ieder Gebeur, van knaap reeds, bleek me een Waan. Wie leest dit, lacht. Maar méér 't Geschieden wierd hier thans dan Wervling, want te weten Diep-blijde kwam 'k nu, dat ons Land kan voortgaan. Vreemd gemeten Heb 'k lang ons aller Toekomst door een zware Levensmacht, Die drukt mijn alverst Binnenst. Maar thans voel ik helder zacht Me een hooge Vreugde rijzen, lijk al andren, van uit breedte En lengte van veel verdre Tijden. Vredig had 'k verbeten Diepst-in de Pijn, dat heel 't oeroude en nobele Geslacht Oranje, waar ons Land door wordt gedragen, in den Nacht Geleidlijk eens vergaan moêt van 't Verleên. Maar thans vergeten Al vreezen ben 'k, diep krachtig voelen mag 'k, dat nooit versmeten Holland zal staan in verste Toekomst nog als Kracht Van Volk tezaêm en Vorst, Die kalm aan 't hoofd gezeten, Ziende wijd-wijs behoedt ons als een sterke trouwe Wacht. Vorige Volgende