Valse vrienden in de Van Dale-vertaalwoordenboeken
Frans-Nederlands en Nederlands-Frans
J.-P. Colson (Brussel)
Het begrip ‘faux amis’ of ‘deceptive cognates’ is al lang ingeburgerd in het jargon van de filologen, taalkundigen en vertalers. Als gevolg van de talrijke uitwisselingen tussen de cultuurtalen van Europa hebben veel woorden de grenzen overschreden, waarbij ze vaak ingrijpende betekenisverschuivingen ondergaan hebben. In het kader van de contrastieve analyse Frans-Engels is dit probleem reeds uitvoerig aan de orde geweest (Koessler, Bouscaren & Davoust, Vinay & Darbelnet, Kirk-Green, Hill, Chiflet, Thody & Evans, Van Roey 1985, Granger & Swallow, Labarre & Bossuyt, Van Roey e.a., enz.). Hebben de taal van Voltaire en die van Shakespeare alle aandacht van de onderzoekers, heel anders is het gesteld met die van Vondel. Uitvoerige studies zijn er heel weinig en meestal wordt enkel gewezen op het bestaan van valse vrienden afkomstig uit het Frans of het Engels, zonder verdere classificatie (Eggermont, Verhasselt, Penninck & Buyse, Apeldoorn & Pot).
In dit artikel komen niet alle theoretische aspecten van het probleem aan de orde. We willen er alleen op wijzen dat Franse ‘faux amis’ oorzaak zijn geweest van een aantal fouten in de Van Dale-vertaalwoordenboeken, en dat meer onderzoek nodig is op dat gebied.
Sinds de middeleeuwen en de tijd der rederijkerskamers heeft het Nederlands vanwege zijn geografische positie tal van woorden aan het Frans ontleend. Veel literaire, politieke of juridische begrippen zijn in de loop der tijden in het Nederlands overgenomen (b.v. democratie, krediet, poëzie), maar ook in de huidige omgangstaal is de Franse bijdrage duidelijk (b.v. bureau, jus d' orange, punaise). Zoals bekend is de invloed trouwens wederzijds geweest: ook het Frans heeft aan het Nederlands veel woorden ontleend (babord, bouquin, chaloupe, mannequin, enz.).
Het Frans en het Nederlands zijn daarenboven beide in belangrijke mate schatplichtig aan het Latijn en het Grieks. In de loop van de 16de en 17de eeuw hebben de humanisten uit de Lage Landen, zoals Plantijn, Erasmus, Stevin, Grotius, heel wat woorden rechtstreeks aan het Grieks of het Latijn ontleend of aan de Nederlandse morfologie aangepast (drama, fauna, flora, enz.).
Omdat de invloed op het Nederlands veelsoortig is geweest, is het geen wonder dat de betekenisnuances van Franse of Latijnse woorden in het Nederlands niet altijd meer in overeenstemming zijn met de oorspronkelijke termen. Een brutale leerling is b.v. geen ‘élève brutal’, wel ‘insolent’. De Nederlandse recherche houdt zich niet bezig met wetenschappelijk onderzoek (Frans: ‘la recherche’),