Boekbesprekingen en -aankondigingen
Fr. Čermák en Zd. Hrnčírǒvá, Nederlands - Tsjechisch Woordenboek, Praha: Slovnik, 1989.
In februari 1979 voltooiden de samenstellers dit bijna 800 pagina's tellende werk. Het manuscript zou echter nog tien jaar op de plank bij de uitgeverij blijven liggen alvorens het licht te zien.
Het mag wel een historisch feit heten dat in één jaar naast dit lijvige woordenboek naar het Tsjechisch ook een - nog lijviger - woordenboek naar het Russisch is verschenen.
Het nieuwe N-T woordenboek omvat o.m. ook een grammatica van het Nederlands (in het Tsjechisch), waaruit de doelgroep reeds kan blijken, nl. Tsjechen die toegang wensen te krijgen tot een Nederlandse tekst. Niettemin wordt in het voorwoord gezegd dat het ook ten gebruike van Nederlanders bestemd is. Dit is maar ten dele waar, immers een Nederlander heeft meer en vooral andere informatie op semantisch en grammaticaal terrein nodig bij het vertalen naar het Tsjechisch. In de zeer vele gevallen dat verschillende vertalingen van een trefwoord worden gegeven, worden deze vertalingen qua betekenis niet onderscheiden. Soms volgt slechts een toelichting in het Tsjechisch achter de vertaling.
Daar moet meteen aan toegevoegd worden, dat - in tegenstelling tot veel andere tweetalige woordenboeken - verdienstelijke pogingen gedaan zijn enig soelaas te bieden aan de Nederlandstalige. Zo wordt bij het verbum de rectie al dan niet met prepositie en naamval gegeven. Minder goed is echter de aspectbehandeling uit de verf gekomen. In de meeste gevallen wordt een werkwoordsvorm gegeven zonder aspectaanduiding of aspectpartner (terugkomen vřátit se, přijít žpet).
Bij de werkwoorden van beweging worden - zonder enige indicatie - de concrete en abstracte variant gegeven (gaan jít, chodit); identificatie van de actionsarten (type: pojít) ontbreekt geheel. Binnen deze groep verba zijn in het Nederlands veel combinaties met preposities mogelijk (met de hand door de haren / over de snaren gaan), terwijl deze combinaties in het Tsjechisch vaak ook vertaald kunnen worden door geprefigeerde verba. Hieraan werd niet consequent aandacht besteed. Bij rijden vinden we wel rijden tegen v-na-jet do, maar bijv. niet om... (heen) rijden objet 4. Bij sluipen slechts v-plížit se, v-krást se, maar sluipen door pro-plížit se, prokrást se ontbreekt.
In de bibliografie wordt als eerste naslagwerk ‘de dikke van Dale’ genoemd (8e dr. en suppl.). Dat dit (overigens zeer ten onrechte) zo gerenommeerde naslagwerk van het Nederlands hier zo hoog op de lijst stond, deed mij de schrik om het hart slaan. Immers, in handen van buitenlandse Neerlandici is dit werk een ware bedreiging! ‘Van Dale’ vindt het nl. (nog steeds) niet nodig te vermelden welk woord of welke voorbeeld-zin nog wel en welke niet meer gangbaar is. De rampzalige gevolgen daarvan kan men zien in het Nederlands-Russische woordenboek dat in 1987 in Moskou verscheen.