| |
| |
| |
Kroniek
Bergen, nog steeds een schildersdorp
Ariane Pikaar
Bergen is bekend als schildersdorp en heeft zijn naam gegeven aan de Bergense School. Tegen het einde van de negentiende eeuw trokken kunstschilders naar het platteland om in de ongerepte natuur te schilderen en het eenvoudige landleven weer te geven. Dat begon met de School van Barbizon rond 1840, waarna overal in Europa in die eeuw schildersdorpen ontstonden.
Iedere gemeenschap had een eigen karakter: Domburg, Laren, Lathem, Mol, Worpswede en andere kunstenaars-kolonies. Bergen is onder meer bekend geworden door Charley Toorop, Leo Gestel en Jan Sluijters, en dichters als Adriaan (Jany) Roland Holst. Er waren intensieve contacten met de Vlaamse expressionisten die in 1914 en daarna als ballingen in het neutrale Nederland werden opgenomen. Ook met De Ploeg in Groningen waren er banden. Nog steeds is Bergen een dorp vol kunst. Museum Kranenburgh speelt daarin sinds 1993 een belangrijke rol, evenals het kunstenaarscentrum KCB sinds 1947. Het museum toont vooral de Bergense School, tijdgenoten en verwante kunstenaars die ooit in Bergen verbleven, het KCB is er voor de eigentijdse kunst - en niet alleen uit Bergen.
© Museum Kranenburgh
| |
| |
| |
Het gebouw en de omgeving
In Bergen ruist het. Het is moeilijk te onderscheiden of het de zeewind is die door de bomen ruist of de zee zelf, in de verte. Het dorp Bergen heeft een uitbreiding aan zee, al ruim honderd jaar geliefd bij zomerse badgasten. Bergen heeft altijd een grote culturele rol gespeeld door de aanwezigheid van schrijvers en schilders. Hun geest wordt in het dorp bewaard, verhalen over hen waren er nog rond, hun werken houden het verleden vast.
Museum Kranenburgh is gehuisvest in een vroegere burgemeesterswoning aan de bomenrijke Hoflaan, vernoemd naar het verdwenen verblijf Craen Berch van de Heer van Bergen. Huize Kranenburgh is een ruime neoclassicistische villa uit 1882 met een grote tuin eromheen en een moderne uitbreiding opzij. In de tuin staan vele hedendaagse beelden en een romantisch woninkje dat nu tot opslag dient. Het huis heeft tal van bestemmingen gekend, onder andere als huisvesting voor de schilder-dichter Lucebert. In 1993 is een museum opgericht met steun van overheid, gemeente en sponsors, en nog steeds worden tentoonstellingen vaak lokaal gesponsord. Er is ook een actieve Vriendenkring.
Het bijzondere is dat dit museum wordt gerund door een directeur met assistentie van een kleine honderd vrijwilligers. Het museum brengt wisselende tentoonstellingen rond Bergense kunstenaars vanaf 1900 en andere aspecten van het culturele leven. In 2007 is de 50ste expositie gevierd met Van Zaaien tot Maaien, een bij het landleven passend onderwerp, die vanwege de grote belangstelling verlengd werd tot 28 oktober.
| |
Zaaien en Maaien
Een beetje nostalgisch waren ze, die beelden van het platteland dat we niet meer dagelijks beleven in onze tijd van verstedelijking en schaalvergroting. Maar het was toen ook een tijd van ploeteren om het bestaan en van grote armoede, dat valt af te lezen aan sommige schilderijen. De in haar tijd weggestopte domineesvrouw Jemmy van Hoboken toonde evenzeer als de bekende Leo Gestel hoe zwaar het boerenbestaan was, net als de sociaalbewogen Brabander Sjef van Schaijk. Vaak vergde het veel moed en strijd om schilder te kunnen worden. De levensgeschiedenissen zijn soms schrijnend. Het is wonderlijk hoe sterk de drang kon zijn om vanuit een niet-kunstzinnig milieu schilder te worden.
Maar voor ons was het weldadig om de landelijke seizoenen in alle kleuren mee te beleven.
De schilderijen voor deze tentoonstelling waren ondergebracht in zalen met dichtersnamen en in elke zaal hing een groot afgedrukt gedicht van tien dichters die in de twintigste eeuw veel gelezen werden: Stuiveling, Boutens, Gorter, Nijhoff, Vasalis en anderen. Met behulp van bruiklenen uit andere musea in Limburg, Groningen en Drenthe, en vele particuliere collecties, had gastconservator Renée Smithuis een ‘kleurrijke oogst uit de eerste helft van de twintigste eeuw’ binnengehaald. De mooie catalogus geeft goede informatie over leven en werk van de schilders.
| |
Een hechte groep schilders en dichters in de jaren '20 en '30
Begin 20ste eeuw was er in verschillende landen een reactie gekomen op het Franse impressionisme en het latere luminisme. In Bergen ontstond in 1915, mede onder invloed van het gedwongen veblijf tijdens de oorlog, rond de Franse kubist Henri Le Fauconnier een groep van Bergense avant-gardisten met de schilderes Charley Toorop en beeldhouwer John Raedecker als bekendste kunstenaars. De zogenaamde Bergense School, met Dirk Filarski, Else Berg, Leo Gestel, Jan Sluijters, Kees Maks, Matthieu en Piet Wiegman, staat bekend als figuratief expressionistisch. De Amsterdamse schilder Piet van Wijngaerdt sluit aan als vertegenwoordiger van dit Noord-Hollandse expressionisme, dat gekenmerkt wordt door strakke, licht kubistische vormen en donkere, gedempte kleuren met sterke contrasten. Een interpretatie vanuit het gevoel gaf de kunstenaars meer eigen inbreng, de onderwerpen veranderden met een voorkeur voor het monumentale landschap, het stilleven en de figuur. Niet alleen beïnvloedden de schilders elkaar, ook ontstonden er vele vriendschapsbanden. Schrijvers en dichters als Roland Holst, Bloem, Slauerhoff en Du Perron bepaalden mede het intellectuele klimaat van Bergen.
Bij binnenkomst in museum Kranenburgh hangt een affiche van het beroemde schilderij ‘De maaltijd der vrienden’, geschilderd door Charley Toorop in 1932-33. Zij woonde in haar huis De Vlercken, in 1934 gemoderniseerd door Rietveld, met tussenpozen tot het eind van haar leven. Bergen is ook aantrekkelijk door de vele onder architectuur gebouwde huizen waarvan een goede beschrijving bestaat die noodt tot een wandeling.*
De naam van Kees Boendermaker mag hier niet onvermeld blijven. Boendermaker wendde zijn vermogen aan om schilderijen aan te kopen en opdrachten te geven aan Bergense kunstenaars en was de grote stimulator, samen met mecenas C.W.N. Baard. De enorme collectie van Boendermaker is helaas versnipperd geraakt na de beurskrach van 1929.
| |
Vlaamse expressionisten in Bergen
De Vlaamse schilders die hun toevlucht zochten in het neutrale Nederland van 1914, werden warm ontvangen. De Belgische kunstenaars hadden zich nog lang bij het impressionisme gehouden. Gustave De Smet en Frits Van den Berghe
| |
| |
werden in die jaren geconfronteerd met het vernieuwende werk van onder meer Jan Sluijters, Leo Gestel en theoreticus Henri Le Fauconnier, en laten zich erdoor inspireren. Sterke contrasten en zelfs kleurdissonanten, versobering van de vormen en een donker koloriet kenmerken de invloed van de Bergense School. Voor de Vlaamse schilders komt daar later de invloed van het Duitse expressionisme bij, waar De Ploeg in Groningen, met een veel heller en feller kleurpalet, een voorbeeld van is. Aan deze contacten van Vlaamse kunstenaars is een voortreffelijk geïllustreerd cahier gewijd naar aanleiding van een tentoonsteling in 2000 in Bergen, onder de titel ‘De Passage’ dat de periode 1914-1922 bestrijkt. Na een tweede verblijf, ditmaal in het Gooi, kiezen vanaf 1920 zowel De Smet als Van den Berghe hun eigen weg. Het kubisme en de Franse invloeden gaan daarna overheersen in hun werk.
| |
Contacten met De Ploeg
Aan de contacten met de kunstenaars van de Groningse groep De Ploeg werd in 1999 in museum Kranenburg een tentoonstelling gewijd met een keuze uit drie particuliere collecties door hoogleraar Henk van Os. Dat was een soort verlaat tegenbezoek. In de jaren '10 tot '20 exposeerden Bergense kunstenaars immers in Groningen. Hoe dan ook is de nieuwe Nederlandse kunstwereld met zijn vele contacten en kruisende invloeden van kubisme en expressionisme complex.
Piet van Wijngaerdt (1873-1964), Weg met bomen langs water en bloeiende velden, 1917-1918 (coll. Renée Smithuis)
De Groninger schilders werden door het Duitse expressionisme beïnvloed. De Ploeg ontstond in 1917, nadat Jan Wiegers bevriend was geraakt met Erich Kirchner. Collegaschilders
Leo Gestel (1881-1941), Landarbeid aan de Leie, 1926 (coll. Wim Kruidenberg)
| |
| |
Fotografie: Jan Tromp
als Altink, Dijkstra, Job Hansen en Jan van der Zee ontwikkelen eigen stijlkenmerken in hun besloten noorden. Die stijl wordt ook figuratief-expressionistisch genoemd, maar is in kleurgebruik veel helderder; daarbij lijkt het werk van de Bergenaren aards en soms broeierig. Het noeste landleven en het portret zijn terugkerende thema's bij De Ploeg.
| |
Cahiers
Er is een aardige museumwinkel, met gelegenheid er thee te drinken. Daar liggen ook catalogi en de Kranenburgh Cahiers. Deze laatste worden uitgegeven bij verschillende tentoonstellingen en zijn zeer de moeite waard.
| |
Beeldentuin
Rond museum Kranenburgh ligt een grote tuin met beelden. Bij de oprijlaan staan al twee gespiegelde constructivistische beelden uit staal als een uitnodiging aan de bezoeker. Langs uitgeschoren paden kan de bezoeker de beelden in de achtertuin van dichtbij bkijken. Het is een vriendelijke, licht verwilderde tuin, de beelden dateren veelal uit de jaren '90. Enkele compacte beelden uit graniet van Henk van de Idsert lijken ouder maar zijn ook uit de jaren '90. Houten ribben, als het geraamte van een voorhistorisch beest, een beeld van Ingerid Opstelten, liggen komvormig in het gras. Achteraan bij de donkere struiken, staat een gigantisch keramisch Fabeldier van dichter-kunstenaar Lucebert, in wit-geel-zwart.
Het ruisen van de bomen maakt het zitten op een bankje aangenaam: dit is Bergen!
| |
Bibliografie
■ | *) Bouwkunst in Bergen en Bergen aan Zee 1900-1940, Bergen, 2003. |
■ | Bodt, S., L.J.A.D. Creyghton, Schildersdorpen in Nederland, Laren, 2004. |
■ | Renée Smithuis, Van Zaaien tot Maaien. Een kleurrijke oogst uit de eerste helft van de vorige eeuw, Free Musketeers, Woerden, 2007. |
■ | De Ploeg in Bergen, Kranenburgh Cahiers, Bergen, 1999. |
■ | De Passage. Vlaamse kunstenaars in Nederland 1914-1922, Kranenburgh Cahiers, Bergen, 2000. |
■ | Over Bergen, Kranenburgh Cahiers, Bergen, 2001. |
■ | Links!, Kranenburgh Cahiers, Bergen, 2004. |
■ | Bronnen, Kranenburgh Cahiers, Bergen, 2005. |
Museum Kranenburgh
Hoflaan 26, Bergen NH
tel.: 0(031)72-589 89 27 / fax: 0(031)72-589 91 06
info@museumkranenburgh.nl
www.museumkranenburgh.nl
Expositie: ‘Van Zaaien tot Maaien’ t/m 28 oktober 2007. Daarna vanaf 6 november t/m 2 maart 2008 ‘VOLOP ZOMER’, schilderijen van Job Graadt van Roggen (1867-1959), in een dubbeltentoonstelling met etsen en tekeningen van deze voorloper van de Bergense School in historisch museum Het Sterkenhuis (Oude Prinsweg 21).
Open: di-zo 13.00-17.00 uur (1 jan. en 25 dec. gesloten) Toegangsprijs volwassenen: 6 euro (reductie mogelijk); MK: gratis; Kinderen t/m 12 jaar: gratis.
Rondleidingen op aanvraag.
|
|