| |
| |
| |
Kroniek
muZEEum Vlissingen
Ariane Pikaar
Zeeland telt wel 33 musea, verspreid over de Zeeuwse eilanden en Zeeuws-Vlaanderen. Vele daarvan zijn gericht op visserij of op landbouw, en op de locale geschiedenis. Middelburg bezit een mooi regionaal Zeeuws Museum, dat op het ogenblik wordt verbouwd (de heropening is eind voorjaar 2007), de prachtige Vleeshal ter plaatse toont avant-garde kunst en werkt samen met het MuHKA te Antwerpen. Maar gekozen is voor haven- en industriestad Vlissingen, die sinds 2002 een eigen maritiem museum heeft onder de naam muZEEum. Niet alleen de hedendaagse architectuur verbindt daar heden en verleden, de hele collectie wordt gepresenteerd met gebruik van moderne technologie. Het is een museum vol stemmen en bewegende beelden. Welke staatssecretaris van Cultuur zei iets over ‘stoffige musea’?
| |
Architectuur: combinatie van stijlen
Het muZeeum is gevestigd in het Lampsinshuiscomplex, bestaande uit vier panden: het Lampsinshuis uit 1641 met Hollands-classicistische gevel, de moderne stalen nieuwbouw op de plaats van het vroegere Commisarishuis en twee pakhuizen daarachter, het oudste deel. Cornelis Lampsins was een rijke reder, dat verklaart de ligging van het huis aan de haven. Een museumbrasserie en kantoren zijn gevestigd in twee na de oorlog gereconstrueerde huizen in oud-Hollandse stijl. De aanblik van die gevels op de Nieuwendijk maakt indruk door de grote contrasten in bouwstijl, materiaal en kleur. Ingenieur Marc van Roosmalen van de Rijksgebouwendienst is de architect van deze gewaagde en geslaagde combinatie.
Er is uitgebreid vooronderzoek gedaan naar de voorgeschiedenis, die ook binnen kan worden ‘afgelezen’, omdat oude muren en gewelven zichtbaar werden gemaakt. De
| |
| |
combinatie van oud eikenhout met moderne materialen als staal en glas is kenmerkend. De verkenning van het museum begint beneden, in de ‘zwerfruimte’ die alles verbindt. De route mocht niet dwingend zijn. Alle tentoonstellingszalen liggen in het Lampsinshuis, de centrale voorzieningen met de noodzakelijke lift zijn te vinden in het nieuwbouwgedeelte, de voormalige pakhuizen worden gebruikt voor tijdelijke exposities. Tot 11 februari 2007 is dat Verborgen ruimte, over ondergrondse architectuur. En dan is er nog de nieuwe Scheldezaal, ook voor wisselend gebruik. De ruimtes staan met elkaar in verbinding, maar elk heeft een eigen sfeer, is een eenheid op zichzelf. De collectie is onderverdeeld in de hoofdthema's Water, Werk, Glorie en Avontuur.
Bij binnenkomst wordt het oog getrokken naar een rauwe, roestige wand van huidplaten, afkomstig van wrakken uit de Westerschelde. Overeenkomstig een verdrag tussen Nederland en Vlaanderen werden tusen 1998 en 2003 wrakken gelicht om moderne scheepvaart naar Antwerpen mogelijk te maken. Die wand loopt door naar beneden tot de kelder.
| |
Water
In de keldergewelven is de geschiedenis van Zeeland zichtbaar én hoorbaar gemaakt. Ook de geschiedenis van het gebouw zelf is zichtbaar door het onbedekt laten van oude muren.
Zeeland kent rijkdom en verwoesting door het water. Reproducties van oude kaarten laten zien hoe overstromingen en inpolderingen de geschiedenis van de losse eilanden hebben bepaald; in een videoproductie, de Zee-Land Show, wordt dat op een eigentijdse manier nog eens verduidelijkt. Uit een aangrenzend donker gewelf klinken de stemmen van een loods, een visser, een schipper, een gids en een dichteres, terwijl hun gezichten oplichten op schermen. Die stemmen met hun karakteristiek Zeeuwse accent maken duidelijk hoezeer de Zeeuwen met het water verbonden zijn.
De Westerschelde is de verbinding tussen de Noordzee en de havensteden in Zeeland en Vlaanderen. Met het veranderen van het stroomgebied kwamen en verdwenen havensteden. Na 1500 werd de handel wereldwijd en koopvaardijschepen vertrokken naar oost en west. Voorbeelden van ladingen en vaartuigen, en een model van het eerste droogdok uit 1704 liggen in vitrines. Daarnaast laat een grote maquette de recente situatie zien met vaarroute en radarketen.
| |
Werk
Water en werk zijn nauw verbonden. Op de Westerschelde zijn loodsen altijd onontbeerlijk geweest voor de scheepvaart. Na het zinken van twee VOC-schepen in de monding van de Schelde werden de vaargeulen eind 18de eeuw afgebakend met houten tonnen. Hydrografische kaarten en dieploden zijn onmisbaar voor de veiligheid van de schepen. Ook op zee zijn loodsen of loodsboten nodig, nog steeds. De noodzakelijke vaarwegmarkering, eerst met vuren en oliebranders, wordt vanaf 1907 gedaan met lampen, zoals van vuurtoren de Brandaris, en verder met lichtboeien in allerlei soorten: pilaarboei, rokboei, stompe boei, cylindrische boei...
| |
Spellen ... niet alleen voor de jeugd
Computerspellen staan door het hele museum en kunnen door twee of drie spelers gebruikt worden. Dat gebeurt in een knus hokje van tonhelften. Kinderen blijken geen enkele moeite met de bediening van de schermen te hebben, voor ouderen is het even uitproberen. Bij dit onderwerp horen bijvoorbeeld het Loodswezenspel en het Vuurtorenspel.
Een enorm geraas leidt de aandacht af in deze zaal: op een videoscherm is de neus van een vissersboot gefilmd die optornt tegen hoge golven. Alsof je op de voorplecht staat!
| |
Scheepsbouw, VOC en kustvisserij
Varen en schepen zijn eveneens verbonden. Dit museum besteedt ruime aandacht aan scheepsbouw en scheepswerven. De schepen van de VOC werden in Middelburg gebouwd, die van de minder succesvolle West-Indische Compagnie (WIC) in Vlissingen. Zeeland had een eigen Kamer bij de VOC en was goed voor een kwart van de begroting!
Reizen betekende voor VOC-schepen ook werk voor de scheepstechnicus, de chirurgijn en de scheepskok. Voor 250 man koken is geen sinecure en veronderstelde enorme voorraden. Voor een kustvisser in de 20ste eeuw ligt dat weer heel anders. Ook dit is weer aanleiding tot een spel, over koken en inkopen.
Interieur muZEEum
| |
| |
Kaart van Zeeland van Willem Blaeu (1652)
Na 1815 veranderde het bouwen van schepen: de bouw van handelsschepen lag bijna stil, maar die van oorlogsschepen niet. Dankzij overkapping kon op de Marinewerf de bouw ook bij slecht weer doorgaan. Bovendien deed de stoommachine haar intrede, waarmee in Vlissingen druk werd geëxperimenteerd. Naast grote werven als die van De Schelde uit 1875 bestonden er kleinere voor de bouw en reparatie van vissersschepen, maar hun aantal is in de 20ste eeuw gaandeweg verminderd. Het gereedschap dat nodig is voor scheepsbouw, ligt hier in de vitrines, samen met opengewerkte halfmodellen van vele typen schepen. En de lezer raadt het al: er is een computerspel over Scheepsbouw.
| |
Dijkbewaking
Dijken, noodzakelijk voor landwinning en bescherming, vragen aanhoudende zorg. Zeeland, en speciaal Walcheren, heeft de verwoestende kracht van het water vele malen leren kennen. Niet alleen door stormvloeden, maar ook door het doorsteken van dijken uit militair-strategisch oogpunt. Een recente inventarisatie levert wel 108 namen van verdronken kerkdorpen op. Volgens Jan Kuipers, auteur van het boek Maritieme Geschiedenis van Zeeland, dat uitgebreide achtergrondinformatie bij dit museum geeft en verscheen in 2002, is het fenomeen van verdronken land van internationaal historisch belang. Zijn boek is geen catalogus, maar de bezoeker krijgt een handzaam gidsje waarin elk thema ingeleid en elk genummerd voorwerp verklaard wordt.
| |
Glorie
Zeeland was vroeger een machtige en rijke staat met een eigen admiraliteit sinds de Tachtigjarige Oorlog. Het bracht ook zeehelden voort: de bekende Michiel de Ruyter is 400 jaar geleden in Vlissingen geboren, een feit dat zal worden herdacht in 2007. Hij leverde als opperbevelhebber slag in vele oorlogen tegen de Engelsen.
Maar de Zeeuwen waren ook gevreesd vanwege de slavenhandel en de kaapvaart. Als de admiraliteit geld nodig had, werden er ‘kaperbrieven’ uitgegeven, waarmee particulieren het recht kregen om vijandelijke of zelfs neutrale schepen buit te maken. Een deel van de opbrengst mocht gehouden worden. De Zeeuwen waren geduchte veroveraars. De Zeeuwse glorie kent dus ook een donkere zijde, zeker als men bedenkt dat veel fortuin werd verkregen met de slavenhandel in de 18de eeuw.
| |
| |
Het gewonnen geld werd besteed aan uiterlijk vertoon in stadspaleizen met beelden, maritieme schilderijen en zilverwerk. In de ruime Pronkzaal hangen vele portretten van de Lampsins als trotse bezitters van hun met de rederij verkregen welstand.
| |
Avontuur
De Zeeuwen zijn altijd onverschrokken de zee op gegaan, om handel te drijven, om vijanden te verslaan en om nieuw land te ontdekken. Dat ging natuurlijk gepaard met vele hachelijke situaties, ontberingen en avonturen. Persoonlijke bezittingen liggen als stille getuigen daarvan in de vitrines. Drie schepen van de WIC onder leiding van de Middelburgse jurist Jacob Roggeveen ontdekten onder meer in 1722 Paaseiland, na een slopende tocht. De laatste spellen hebben dan ook titels als ‘Ontdek een eiland’, ‘Wees een held’ en ‘Red de lading’.
Via steile wenteltrappen komt de bezoeker ten slotte in het Open Depot vol intrigerende voorwerpen. Genoeg om nog vele avontuurlijke tentoonstellingen mee te maken. Maar het spannendst is wel de klim naar het Dakbalkon en daarboven het Torentje. Als het waait, kraakt het oude hout. Het weidse uitzicht over Walcheren, de zee en de vele zeeschepen is adembenemend. Vandaar speurde reder Lampsins indertijd de horizon af...
De Zeeuwen kunnen trots zijn op dit museum. Het enige nadeel is het ontbreken van een directe busverbinding vanaf het bootstation. Maar een frisse wandeling over de Zeedijk is een goede voorbereiding!
| |
Zeeuws maritiem muZEEum
Nieuwendijk 11, 4381 BV Vlissingen
tel. 0118 41 24 98 fax 0118 43 03 07
info@muzeeum.nl / www.muzeeum.nl
Open: alle dagen behalve 1 januari 10.00 - 17.00 uur, zaterdag en zondag 13.00 - 17.00 uur
Museumkaart geldig. Volwassenen 7 euro.
Kinderen (3-12 jaar) 4 euro.
Rondleidingen en stadswandelingen op aanvraag.
|
|