Expressionisme.
‘Het expressionisme is een ruim begrip omdat het zowel te maken heeft met een algemene houding als met een aan tijd- en plaatsgebonden stijl’, schrijft Robert Hoozee, directeur van het Museum voor Schone Kunsten te Gent, in het prachtige boek dat ter gelegenheid van de tentoonstelling is verschenen. Deze figuratieve stroming kan gekenschetst worden als een soort anti-impressionisme, waarbij de nadruk niet ligt op het nabootsen van de natuur, maar op de subjectiviteit van gevoelens en daarmee samenhangend expressief kleur- en vormgebruik. Kenmerkend is de mate van geestelijke vrijheid die uitgedrukt wordt.
Het expressionisme is anti-naturalistisch, in die zin dat de schilder niet de natuur imiteert, maar zelf schepper wordt en de onzichtbare aspecten van het innerlijk tracht uit te drukken. Dat gaat gepaard met dissonantie in kleur en destructie van de vormen. De expressionisten zien in Van Gogh een voorbode van hun gedrevenheid. Later is de term ‘expressionisme’ bij uitbreiding avant-gardekunst gaan aanduiden.
Het expressionisme ontstond in het Duitsland van voor 1914. Denk aan groepen als Die Brücke (Kirchner) en Der Blaue Reiter (Kandinsky, Marc) met hun sterke coloriet. ‘In algemene zin is het expressionisme te omschrijven als een richting waarbinnen kunstenaars streven naar een rechtstreekse overbrenging van gevoelens en gedachten waarvan betekenis en draagwijdte zich richten op de essentie’, schrijft Piet Boyens, cultuurfunctionaris Sint-Martens-Latem in dit net verschenen boek.
Het Duitse expressionisme wordt gekenmerkt door sterk contrasterend ‘vreemd’ kleurgebruik, omlijnde vlakken en figuren, en de suggestie van beweging door de toets.
Het
Groninger Expressionisme ontstond na WOI en is inderdaad duidelijk plaats- en tijdgebonden,
De Ploeg
Gustave De Smet, Beatrijs, 1922. Brussel, Kon. Museum voor Schone Kunsten.
bestond als groep van 1918 tot 1928. Kunstenaarlid Jan Wiegers onderging de invloed van de expressionist Kirchner, die hij in Zwitserland ontmoette tijdens een verblijf om gezondheidsredenen.
Het werk van de Ploegleden verschilt onderling sterk in stijl, met H.N. Werkman op een plaats apart. Vergeleken bij het Duitse expressionisme zou de Groninger variant naturalistischer in kleurgebruik en landschappelijker in thematiek genoemd kunnen worden.
De stroming die wordt aangeduid als het Vlaamse Expressionisme ontplooide zich later in de jaren '20 en werd