achtergrond speelt nog een andere Vlaamse wrevel. Een wrevel die Nederlanders maar moeilijk kunnen begrijpen, maar die wel sterker en belangrijker wordt. In tegenstelling tot de Vlamingen ontlenen Nederlanders hun nationale identiteit niet zozeer aan hun taal, maar eerder aan een diffuus Oranjegevoel. Dat uit zich dan weer tijdens sportmanifestaties.
Vlamingen en Nederlanders zijn via de Taalunie samen verantwoordelijk voor de Nederlandse taal. Nederland lijkt thans bewust of onbewust deel van de Angelsaksische wereld te willen worden door een systematische verengelsing, zowel op diplomatiek vlak als op het gebied van onderwijs. We hoeven maar te denken aan de verengelsing binnen het Nederlands hoger en universitair onderwijs. Deze ont-wikkeling stuit de Vlamingen tegen de borst.
Dan is er nog het feit dat Nederland twee voor Vlaanderen zo vitale kwesties op de lange baan schuift: de voor de Vlamingen zo belangrijke verdieping van de Westerschelde en het opnieuw in gebruik nemen van de IJzeren Rijn, die Antwerpen met het Ruhrgebied verbindt. Nederland zal moeten instemmen, maar wacht tergend lang om zodoende Rotterdam tegen Antwerpse concurrentie te beschermen. Vanden Berghe in het artikel: ‘Het lijkt erop alsof Nederland, net als ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog, opnieuw de toegang tot Antwerpen wil afsluiten.’
Deze niet verwachte aanpak van het meest bevriende buurland van België stuit natuurlijk ook de Vlamingen tegen de borst. De diplomatieke verwijdering tussen beide landen, zo concludeert de auteur, is niet wereldschokkend en niet noodzakelijk van lange duur. Het komt merkwaardig genoeg wel op een tijdstip dat de inwoners van deze met
elkaar verwante landen opvallend meer sympathie voor elkaar krijgen. De samenwerking tussen de grensgemeenten groeit en steeds meer Nederlanders vestigen zich in België. En dit laatste niet alleen vanwege de voordelen die de fiscus in ons buurland biedt.
(PB)
Dr. Yvan Vanden Berghe, ‘Het water wordt steeds dieper’. In: Internationale Spectator, nr. 10, oktober 2003, p. 457. Uitgave van Instituut Clingendael. Losse nummers 6 euro.