Zeg 'ns wat
Bekommernis en bekommering
In het novembernummer (2002, blz. 301) van Onze Taal schrijft Ludo Permentier dat Paul Van Grembergen, Vlaams minister van cultuur, ‘jarenlang een van de Vlaamse parlementsleden was met een echte bekommernis voor taal’. Bekommernis is in Nedeland een archaïserend woord voor bekommering. Het heeft maar één betekenis ‘ongerustheid’. Uit de context blijkt dat Van Grembergen zich geen zorgen maakt over de toekomst of over de verloedering van het Nederlands, maar dat hij er zorg voor draagt, zich eraan gelegen laat liggen, en dat is helemaal iets anders: een echte zorg voor taal. Het onjuiste gebruik van bekommernis is in het Belgisch Nederlands ingeroest. De oorzaak lijkt me hierin te liggen, dat de uitdrukking zich bekommeren in twee betekenissen gebruikt kan worden: ‘1. zich bekommeren over iets, zich er zorgen over maken (ongerustheid, bezorgdheid); 2. zich bekommeren om iets (zich ergens aan gelegen laten liggen)’. Hij bekommert zich niet om zijn kinderen wil zeggen dat hij niet voor ze zorgt. In Vlaanderen wordt dat dooreengeknoei in de hand gewerkt door het voorbeeld van het Franse woord souci, dat betekent '1. ongerustheid, b.v. mon fils me crée des soucis; 2. doel, wens, verlangen, belangstelling, begrip, b.v. par souci de concision’. U kunt er donder op zeggen dat de modale Vlaming le souci de la direction a toujours été d'améliorer les conditions de travail zal vertalen door het is steeds de bekommernis van de directie geweest i.p.v. het streven, de zorg. Well, who cares? Toch bondig, dat Engels.
F.V., Sint-Pieters-Woluwe.