Kinderboekenweek op St.-Maarten
Mijn tijd op Aruba was beperkt. Terwijl mijn collega's er een volle twee weken lezingen gaven, werd ik na vijf dagen doorgezonden naar St.-Maarten, waar N.A.N.A. een groter aantal aanvragen dan gebruikelijk had gekregen.
Het eiland St.-Maarten is half Nederlands, half Frans. De noordzijde is een Frans ‘Département’, een provincie dus. De hoofdstad, Marigot, lijkt met zijn kandelaberachtige straatverlichting op de brede zeeboulevard dan ook precies op een Franse provinciestad. En aan de Nederlandse kant spreekt men, uiteraard, Engels.
Maar dat stond het enthousiasme van de bibliotheek niet in de weg. De samenwerking was op alle eilanden opmerkelijk. Op Aruba was de Kinderboekenweek er door de bibliotheek geopend met een kindershow in de buitenlucht, waar ministers en schrijvers voor waren uitgenodigd. Op St.-Maarten had de bibliotheek voor een optocht gekozen. En het werkte. Met een drumband voor en achter bewoog de stoet, een enorme sliert kinderen (de meeste scholen deden eraan mee), zich door de nauwe straten van het stadje Philipsburg. De schrijvers liepen vlak achter de eerste band. Dit keer bestond onze groep uit Roel Jungslager uit Curaçao; Jan Michael, een Engelse schrijfster die in Amsterdam woont; Loekie Moralles van St.-Maarten, die drieëntwintig jaar in Nederland verbleef en er onder andere als ambtenaar heeft gewerkt; en ik, een Nederlander die in Ierland resideert.
Vóór de bibliotheek kreeg ik even mijn vertrouwen in politici terug. De Lt. Governor Franklyn Richards hield een toespraak. Die was om te beginnen kort, wat altijd goed is, maar bevatte tevens, wat het lezen betreft, een aantal terzake doende opmerkingen. Dat was op dit warme eiland bijzonder verfrissend. De toespraak opende een tentoonstelling in de hal van de bibliotheek. Hier hingen en lagen kinderwerkstukken die betrekking hadden op het thema van de Kinderboekenweek, Lezen over je hobby's. Een van de kinderen had ‘Poetry’ als hobby uitgekozen. Er is dus nog hoop, besloot ik toen.
Overigens leek het Nederlands hier een minder omstreden gegeven. Maar dat kon zijn omdat iedereen op dat moment met andere dingen bezig was: met een politiek probleem namelijk: het referendum dat in februari wordt gehouden en dat zal moeten beslissen of St.-Maarten bij de Nederlandse Antillen blijft, of - net als Aruba - voor een aparte status kiest.