Literatuur
Boekenweekgeschenk met ingrijpend thema
● Connie Harkema
Hoewel het boekenweekgeschenk, geschreven door Anna Enquist, de titel De IJsdragers heeft meegekregen en er op pagina 64 een aannemelijke titelverklaring staat, heeft het verhaal toch meer met zand dan met ijs te maken. Vanaf het eerste woord ‘Zandgrond had ze altijd gehaat’ tot aan de laatste zin ‘Ze liet het zand met een doffe plof op de kist vallen’ komen deze lichtbruine korrels ter sprake.
‘Ze’ is één van de hoofdpersonen, Loes van der Doelen, die een enorme weerzin tegen zand heeft. ‘Zand. Zand dat mij prikt en ergert en pijn doet. Gemeen geniepig zand.’
Ook haar huwelijk verzandt.
Loes gaat de strijd aan; eerst letterlijk en uiteindelijk ook figuurlijk: ‘De moestuin werd haar arena, het zand de vijand, de schop haar zwaard’. Maar dat kost haar heel veel moeite: ‘Hoe je het ook toedekte, wegdrukte en bedolf, het gehate element vond een weg naar boven.’
Na een poosje wordt ze geholpen door een tuinman en als die vraagt waar hij met het afgegraven zand heen moet, kan Loes zich nog maar net weerhouden om te antwoorden ‘het maar naar binnen te rijden’. ‘Ze had in een flits haar huis gezien, afgeladen met blonde korrels, verstikt door de onmetelijke zandbergen, die uit haar tuin kwamen, de ramen, de muren opbollend door de enorme druk zodat er geen plaats meer was, voor haar niet, voor Nico (haar man) niet, voor alles van vroeger en nu niet. Een innerlijk begraven, een zandverdoving, een stoffig sterven.’
De andere hoofdpersoon is Nico van der Doelen, de echtgenoot van Loes. Hij is psychiater en wordt later directeur van de instelling. Ook hij gaat de strijd aan. Niet tegen het zand, maar tegen het gevoel van machteloosheid. Hij is sterk gekant tegen de psychotherapie: ‘“Voor de meest zogenaamde psychiatrische ziektes bestaat geen genezing. Je bent machteloos, je kunt niets. Daarom moet je het ook niet willen.” Onderhandeling lijkt de juiste therapie. “Onderhandelen is behandelen. Het leidt tot een resultaat. Dat is vooruitgang. Zo worden mensen beter. Gewroet in een moeilijke jeugd haalt ze onderuit. Ze moeten juist groeien, van de ene onderhandelingspositie naar de andere. Dan weet iedereen waar hij aan toe is. Het is verschrikkelijk autoritair om voor patiënten te beslissen. Wij gaan ze leren om zelf beslissingen te nemen.”’
Na het lezen van deze passage vraagt de lezer zich onwillekeurig af of Enquist hier zelf ook zo over denkt. Zij werkte van 1988 tot 2000 als psychoanalytica en heeft dus ervaring op dit gebied.
In het boek loopt deze zienswijze echter niet goed af. Zowel op het werk als in de privé-sfeer niet. De dochter heeft het ouderlijk huis verlaten. ‘Hij kon haar met zijn methodes niet vormen, niet veranderen. Er staat mislukking op haar voorhoofd geschreven. Haar hele bestaan is een aanklacht. Hij verdraagt niet dat zij er is.’
Nico bestrijdt zijn onmacht door zich in zijn werk te begraven, hetgeen uiteindelijk leidt tot een catastrofe.
En Loes? Zij is meer een persoon voor begrip, maar is tegelijkertijd te angstig hiervoor uit te komen. Zij verdooft zich met haar onhaalbare tuinaanleg.
De IJsdragers is een knap geschreven boek, dat de lezer nog enige tijd aan het denken zet. Ingrijpend, zwaarmoedig, en tevens heel toegankelijk.
Anna Enquist (19 juli 1945) studeerde piano en psychologie. Ze debuteerde met enkele gedichten in Maatstaf en publiceerde in 1991 de gedichtenbundel Soldatenliederen. Deze bundel werd bekroond met de C. Buddingh'-prijs. Haar tweede bundel Jachtscènes verscheen in 1992 en ontving de Lucy B. en CW van der Hoogt-prijs.
Najaar 1994 publiceerde Enquist haar eerste roman, Het Meesterstuk, een doorslaand succes en onderscheiden met de Debutantenprijs. Haar tweede roman, Het Geheim, verscheen in 1997 en won de Trouw Publieksprijs.
Anna Enquist, De IJsdragers, 96 p.
Je krijgt het boek cadeau bij aankoop van ten minste 11,11 euro aan Nederlandstalige boeken (zolang de voorraad strekt).