E-legende
Hoe snel het ook gaat, de Nederlandssprekenden hebben de e nu ook te pakken. Een kop in Trouw van 17 februari meldde: ‘E-handel blijft bescheiden’ en laatst sprak iemand al vergenoegd van een gezellig e-gesprekje, dat hij met zijn collega had gevoerd. Er staat ons nog wat te wachten in E-land, zoals de rubriek over internetzaken in De Standaard heet. Het e-hoofdstukje in Ton den Boons Taal van het jaar nul. Kroniek van het Nederlands in 2000 toont nog weer andere e-woorden. Ik citeer er een aantal: e-bedrijf, e-boekhouding, e-distributie, e-bank, e-klant, e-mentaliteit, e-taal. Den Boon haalt nog met smaak de woordspeling van ING-bestuursvoorzitter Van der Lugt aan (p. 29), die zoals het een Nederlander betaamt, in het Engels riep: ‘There is no business like e-business.’ Maar aardig is het!
De Italiaanse bisschoppenconferentie legde vorig jaar (De Standaard van 14 maart 2000) een geestrijke elektronische verbinding tussen het vissersnet van tweeduizend jaar terug en het internet van nu, en kwam met e-vangelisatie. Nu werd bij wijze van grap de e uit het bestaande woord getrokken. Volgens hetzelfde principe is e-conomie gevormd en het is zonneklaar dat deze methode zich moet beperken tot woorden die toevallig met een e beginnen, e-woorden zullen we maar zeggen. Gesignaleerd zijn evengoed al e-ducatie, e-mancipatie en e-venement.
Op onelektronische gronden was er vorige eeuw al een e-profeet opgestaan, namelijk Jacob van Lennep (1802-1868), schrijver van Ferdinand Huyck, De Roos van Dekama en vele andere stukgelezen boeken, schrijver van de Vermakelijke Spraakkunst, die ook de teksten van alle Uithangteekens in Nederland verzamelde - nog steeds een standaardwerk. Van deze enorm populaire, boeiende en geestige Jacob van Lennep verscheen in 1841 een verhaal dat alleen in woorden met e's werd geschreven, voor welke gelegenheid hij even alleen met ‘Lennep’ tekende.
Het onwaarschijnlijk lange verhaal heet E-legende en begint aldus:
Lees - en Beef!
Een vreemde heerscher betreedt Berthes erfdeel. Geen der edelen weerspreekt des wreeden ‘Werners recht, het recht des sterksten. De vreemde heerscher, ten zetel der Wenden verheven, geeft het bevel: ‘Breng Berthe weg. Geen mensch helpe de zwervende....
Om oneindig veel e's verder te eindigen met de goede afloop van het verhaal:
De Deken der Stevenskerk heeft den echt gezegend. Vete en wrevel hebben gezwegen. Berthe vergeet het geleden leed: de Hemel verleent zegen en vrede, en hetgeen de legende wegens hen vermeldt neemt een end
Lennep, den zevenden September.
Met een, twee, zes, negen, elf en met december had ‘Lennep’ ook nog toegekund, maar het is te weinig om de datum van ondertekening te geloven. De a-saga, het i-dicht en de o-sprook konden natuurlijk niet uitblijven. De o-sprook eindigt overigens passend met slot!