Neerlandia. Jaargang 104
(2000)– [tijdschrift] Neerlandia– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 14]
| |
Geschiedenis
| |
Complexe toestandIk moest hieraan denken bij het doornemen van de indrukwekkende uitgave van het befaamde Mercatorfonds ‘Karel V 1500-1558’. Op de eerste bladzijde staat breeduit de geladen ontmoeting van Karel met Luther op de Rijksdag in Worms 1521 afgebeeld. Deze illustratie, op zo'n prominente plaats, zou kunnen doen veronderstellen, dat in dit documentatieboek het accent zou liggen op Karels strijd tegen de reformatie. Integendeel: 80 van de 510 bladzijden zijn er expliciet aan gewijd. De overige bladzijden handelen over o.a. Karel en zijn tijd, de politieke wereld van toen, de vele onderdanen, de economie en de beeldvorming rond de persoon van de keizer. Negen hoofdstukken door negen auteursGa naar eind1. opgesteld; het boeiende is dat in elk gericht hoofdstuk ook andere onderwerpen ter sprake komen. Dit leidt impliciet tot de conclusie dat Karel in zijn beleid met een uiterst complexe situatie werd geconfronteerd, resp. dat het ene conflict dat hij moest bestrijden niet los te zien is van het andere. Als ik lees dat er zo'n 120.000 brieven van Karel zijn bewaard gebleven, dan duidt dit erop dat zijn persoonlijkheid in het boek in alle gevallen kan doorklinken, ook al zijn | |
[pagina 15]
| |
deze epistels ‘doorgaans zakelijk’ en ‘waakte Karel ervoor zijn diepste gedachten en gevoelens op papier te zetten’. | |
ScharnierfunctieUit het boek komt duidelijk naar voren dat Karel V een scharnierfunctie heeft gehad in wat later is benoemd als overgangstijd van Middeleeuwen naar Nieuwe Tijd: van de ene kant worstelend met - en bewust daarop voortbouwend - de middeleeuwse Ridderschap en van de andere kant - aarzelend soms - inspelend op de tijd van, war nu heet, de ‘globalisering’. Uiteindelijk zou hij regeren in een ‘rijk waar de zon nooit onder gaat’ (citaat Vergilius!). Het bewaren van de eenheid van het christendom, mede als ‘ideologie’ voor zijn Europees rijk, was duidelijk een opgave die hij zich van meetafaan gesteld had. Hij worstelde daarbij met zijn openstaan voor het (christelijk) humanisme dat hem vrijwel met de paplepel was ingegeven, door het Erasmiaans erfgoed, dat weer te herleiden is tot de (Noord-)Nederlandse ‘Broeders des Gemenen Levens’ van Geert Groote. Zijn jeugdleraar was Adriaan Boijens (de latere hervormingsgezinde paus Adriaan VI). Niet voor niets werd Karel V in Spanje gezien als besmet met de hervorming! Verklaarbaar vanuit een land dat amper de islam over de grenzen had teruggedreven! Karel was van nature een traditioneel katholiek. Ontroerend is het te lezen hoe bij ontmoeting met de paus hij, telkens als deze zijn tiara op- en afzette, als een trouwe misdienaar zelf tegelijkertijd zijn kroon op- en afzette! | |
HuwelijksmarktVoor in het boek bevindt zich een genealogie van de toen heersende vorstenfamilies. Terecht, want je verbaast je al lezend hoe in feite de toenmalige Europese eenheid - voor zover daarvan sprake was! - gegroeid is dankzij een geplande vererving. Om bij Karel te blijven: zijn broer Ferdinand beheerde Centraal- en Oost-Europa; Karels oudste zus huwde de koning van Frankrijk; zijn zus Margaretha beheerde de Lage Landen enzovoort. ‘Hoewel zijn bezittingen al uitgestrekt waren, erfde Karel (...) zowat elk stuk van Europa waarover hij nog niet heerste’ (blz. 40). Er was dus een huwelijksstrategie voor nodig (die Erasmus fel laakte!) en die in onze tijd, vanwege kinderhuwelijken en inteelt, in strijd is met de mensenrechten. Carlos, ‘Karels geestelijk zwakke kleinzoon had in plaats van acht overgrootouders er maar vier’ (blz. 225). In het boek komt hier en daar de vraag naar voren of de eenheid van Karels rijk enige overeenkomst zou kunnen hebben met de nu naar eenheid strevende Europese Unie. Natuurlijk zijn er wel enkele oppervlakkige mogelijkheden tot vergelijking. Zoals het behoud van de culturele autonomie van de vele regio's binnen zijn rijk, die o.a. gevoed werd door de (per land georganiseerde) reformatie. Maar de verschillen zijn aanzienlijker. Neem als voorbeeld de communicatie; in het boek wordt een overzicht gegeven van het aantal weken dat Karels brieven onderweg waren. Daarbij is te bedenken dat Karel, mede ter versterking van de rijkseenheid, meer onderweg was dan dat hij in Bourgondië of in Spanje resideerde. Hij bezocht - ondanks jichtaanvallen - tien maal de Lage Landen, negen maal het Duitse rijk, zeven maal Italië, zes maal Spanje, vier maal Frankrijk. En Karel beheerste het Frans vrij goed, het Spaans redelijk, het Duits minder goed. Het Nederlands - zo wil de legende - bewaarde hij voor zijn: paard... | |
De Zwarte DoodEen duidelijk andere factor dan de hedendaagse, was de onevenwichtige bevolkingstoename binnen zijn rijk. ‘In 1550 woonden er in Midden- en West-Europa ca. 70 miljoen mensen, 14 procent meer dan in Karels geboortejaar 1500. De Nederlanden vertoonden de sterkste stijging: 23 procent, Spanje en Italië 9 procent’ (blz. 234). Wat je aan het hoek overhoudt: hoe afhankelijk was de lokale welvaart van het weer (misoogsten), resp. van de gezondheid (pest-epidemieën); de Zwarte Dood (blz. 386). En deze factoren waren vaak eerder regionaal dan harmonisch gespreid over Karels gehele rijk, met alle gevolgen vandien voor het invoeren van een uniform belastingstelsel of voor het verzet tegen belastingheffingen. Zoals bijvoorbeeld in Gent in 1540: de stroppenstraf! (blz. 175). Pikant is het dat de toenmalige ‘BTW-heffing’ (o.a. Tiende penning) een vondst was van het Arabisch rijk in Spanje: de ‘Alcabala’. Daar kwam nog bij dat binnen Karels rijk protesten opkwamen tegen heffingen die in het ene land groter waren dan in het andere, ten bate van voeren van oorlogen waarmee men elders niets te maken had. Spanje moest meebetalen aan oorlogen in het noorden, en omgekeerd. | |
Aan titels geen gebrekKarel V had vele titels; officicel moest hij worden aangesproken als ‘Sacra, Cesares, Catolica, Real Majestad’. Hij was koning van Castilië, Aragon, Navarra en Granada; van Sicilië, Jeruzalem en de Balearen, Hongarije, Dalmatië, Kroatië en Indië; Aartshertog van Oostenrijk, Hertog van Bourgondië, Brabant, Stiermarken, Karinthië, Luxemburg, Limburg, Athene en Petras; Graaf van Habsburg, Vlaanderen en Tirol; Paltsgraaf van Bourgondië, Henegouwen, Pfirt en Roussillon; Landgraaf van Elzas, Zwaben enzovoort, enzovoort (blz. 475). | |
AmerikaHet boek gaat uiterst genuanceerd in op de uitbreiding van Karels rijk naar de nieuwe wereld. Niet, wat we doorgaans | |
[pagina 16]
| |
Titiaan, Keizer Karel te Mühlberg (detail), 16e eeuws, Madrid
denken, een aangelegenheid van het gehele rijk, of van Spanje, maar uitsluitend de zaak van Castilië! (blz. 372). Duidelijk wordt, dat ook bij Karel persoonlijk kritiek leefde m.b.t. de exploitatie van de Indianen. ‘Het is (...) de verdienste van de keizer zelf dat geschiedschrijvers van de Europese expansie nu tot de conclusie komen dat, welke grove fouten de Spanjaarden in Amerika ook hebben gemaakt, geen andere koloniale macht zo vroeg, zoveel zelfkritiek heeft geleverd en zoveel blijk van goede wil van regeringszijde’ (blz. 370). Interessant voor de Noord-Nederlanders is dat die rijkdom onder meer werd aangewend voor veldtochten tegen de Nederlanden! (En dan te bedenken dat Frederik-Hendrik in 1629 de Spaanse bezetting uit Den Bosch kon verdrijven, dankzij de kaping door Piet Hein van een Spaanse zilvervloot!) Zuilen en strepen | |
Turkse dreigingFeitelijk stond Karel voor een onmogelijke opgave. Aan de zuidflank van zijn rijk dreigde de islam binnen te dringen. Om die tegen te houden moest hij de Noord-Afrikaanse kust veroveren en de Middellandse Zee weer tot een ‘mare nostrum’ maken. Maritieme kennis was niet Karels sterkste kant, gelet op de uitspraak van een ambassadeur die als Venetiaan van wanten wist: ‘Ik merk, dat wat de oorlogvoering op zee betreft, zelfs het kleinste detail veel tijd in beslag neemt; omdat er (...) onvoldoende ovens aanwezig zijn om beschuit te bakken, wordt het uitvaren maanden lang uitgesteld’ (blz. 172). Karel liet zich bij het terugdringen van de Turken, die tot Wenen waren genaderd, inspireren door het voorbeeld van zijn voorouders-kruisvaarders. Pikant is overigens dat hij zich bij zijn kroning in Aken (1520), bij gebrek aan een liturgische koormantel een Saraceense draperie om liet hangen! (blz. 286). ‘Liever Turks dan Paaps’ was het devies in bepaalde delen van de Lage Landen. Dat gebrek aan solidariteit stak Karel het meest. Het was een der redenen dat hij meende een scheuring in het christendom niet te kunnen toestaan. | |
[pagina 17]
| |
Maarten LutherDe grote tegenspeler op zijn binnenlands front was Maarten Luther. Karels strijd tegen diens visie op de kerk is een dubbele. Enerzijds zag hij het katholicisme als een wezenlijke factor van eenheid, anderzijds was hij zeer kritisch. Meer dan de paus zelf drong hij in Rome aan op het bijeenroepen van een concilie ten bate van een ‘aggiornamento’ binnen de rooms-katholieke kerk; hij had tot op zekere hoogte begrip voor Luthers stellingname. Hij was dan ook zwaar teleurgesteld toen de paus de vergadering van het (Zuid-Duitse) Trente verplaatste naar Bologna, gelegen binnen de pauselijke staten. Opvallend is dat Karel de paus kon bestrijden als wereldlijk vorst (Sacco di Roma, 1527) en tegelijkertijd hem erkennen als leider van het niet-verdeelde christendom. De historische uitspraak van Luther ‘hier sta ik, ik kan niet anders’ gold ook - dramatisch genoeg - voor Karel zelf. Dit dualisme heeft hem tot zijn dood toe gepijnigd. | |
Krakkemikkig gestelAls je het leven van Karel V aan de hand van dit standaardwerk volgt, dan veronderstel je dat deze man in de 58 jaren die hem waren toebedeeld, lichamelijk een oersterke mens moet zijn geweest. Integendeel: na lezing is het onvoorstelbaar dat hij al dat werk verzet heeft ondanks allerlei lichamelijke kwalen. Vooreerst zijn merkwaardige vooruitgegroeide kinnebak, waardoor hij vaak onverstaanbaar was, en dit terwijl hij nog een aanzet tot stotteren had. Bovendien was hij door een val met de draagkoets vrijwel tandeloos, waardoor hij zijn voedsel moest doorspoelen, wat weer bij tegenstanders iets opriep van gulzigheid en drankzucht. Dan was er de jicht die hem een leven
Borstbeeld van Karel als jonge man, ca. 1518-1520, Brugge - Gruuthuse Museum
lang kwelde. In Nederland herinnert menig scholier zich dat Karel bij zijn afscheid in Brussel, moest steunen, niet op de schouders van zoon, maar op die van de jonge prins Willem van Oranje (Hij wordt in het boek precies een keer genoemd, een illustratie dat het eerder gaat over de Europese Karel dan over de vorst der Lage Landen). Na lezing houd je de herinnering vast aan uiteindelijk een menselijke mens, die de moed opbracht zich vrijwillig terug te trekken na een onmenselijke taak volbracht te hebben. Hij mag dan zijn zwakke kanten hebben gehad - twee bastaardkinderen, zijn aarzelend karakter, zijn te pas en te onpas een beroep doen op de Goddelijke Voorzienigheid, enzovoort -, door de belichting van zoveel facetten van zijn leven als spilfiguur in een Europa-op-een-tweesprong, (waarin hij een Bourgondiër bleef), ben je bereid hem veel te vergeven. Maar ook om je bewondering te uiten voor opnieuw een uitgave, het Mercatorfonds waardigGa naar eind2.. | |
Public relationsKarel V had veel gevoel voor het cultiveren van zijn ‘public relations’. Hij liet zich bijvoorbeeld na een gewonnen veldslag graag als triomfator schilderen (Titiaan was zijn lievelingsschilder); hij liet zijn heldendaden in wandtapijten vastleggen; hij was geïnteresseerd in de voorstellingen bij menige ‘Blijde Inkomste’ (zij moesten verwijzen naar parallelle voorstellingen uit de Antieke wereld en de Bijbel); hij had dichters in dienst om die te verwoorden en historici die zijn betekenis voor later moesten vastleggen; hij deelde gaarne zijn beeltenis, o.a. op cameeën en kleine prenten, uit; hij werkte ook met wat men nu kan benoemen als oneliners. Dat er vele legenden in omloop zijn m.b.t. zijn keizerlijke waardigheid en de ‘gewone man’, duidt erop dat hij een zekere populariteit genoot. |