Anne-Louise Girodet-Trioson, Portret van Hortense de Beauharnais, koningin van Holland (1783-1837) foto: Rijksmuseum Amsterdam.
rer in 1940-1945 (Seiss Inquart). De enige overeenkomst tussen beiden is, dat zij kreupel liepen; Louis was eens van zijn paard gevallen; daarmee houdt elke vergelijking op. Het is dan ook min of meer vanzelfsprekend, dat in het Rijksmuseum te Amsterdam een tentoonstelling is georganiseerd ‘om koning Lodewijk te eren, daar hij de aanzet gegeven heeft tot het aanleggen van een verzameling schilderijen enz’, die later is kunnen uitgroeien tot het befaamde Rijksmuseum. Daarnaast legde hij de grondslag voor een koninklijke bibliotheek, op basis van de particuliere verzameling van stadhouder Willem V. Maar er is meer; in de Republiek waren de zeven provinciën in té veel opzichten té autonoom. Lodewijk heeft het als een opdracht gezien om die door particularisme getekende gewesten tot een nationale eenheid om te smeden. In die vier jaren koninkrijk reisde hij dan ook kris-kras door de gewesten; met name Drente en Brabant, die tot generaliteitslanden waren gedegradeerd. In het kader van aan te kweken nationaal bewustzijn stelde de koning een ridderorde in met als doelgericht motto: ‘Doe wel en zie niet om’; hij legde in de grondwet vast, dat het ‘Hollands’ de taal van het koninkrijk zou zijn. Hij wees die Nederlanders terecht, die maar al te graag pronkten met hun meertaligheid, zo gaf hij opdracht tot het aanleggen van een lijst met vreemde bastaardwoorden, met achter elk woord een evenwaardig Nederlands woord; hij nam het initiatief voor wat laten zou worden: het Groot Nederlands Woordenboek. Louis las vooral Nederlandse gedichten, hij was bijzonder geïnteresseerd in de poëzie van Bilderdijk. In dit kader moest het wel vanzelfsprekend zijn dat hij na enige tijd ‘Lodewijk’ tekende waar hij eerst ‘Louis-Napoleon’ signeerde. Lodewijk legde de basis voor de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, hij nam het initiatief voor drooglegging van de Haarlemmermeerpolder en
de Bijlmer. Zijn plannen om te komen -teken des tijdstot een polytechnische hogeschool bleven in het voornemen steken. Daarnaast voerde hij één Burgerlijk Wetboek in, met toevoeging van Nederlands gewoonterecht, én het Wetboek van Strafrecht, beide naar Frans model; maar de doodstraf en dwangarbeid kwamen er niet in voor.