Gids Cultureel erfgoed
Eind 1991 bepaalde de Nederlandse minister van Cultuur mevrouw d'Ancona haar standpunt t.a.v. het rapport ‘Het industrieel erfgoed en de kunst van het vernietigen’. Voor een periode van vier jaar is per 1 januari 1992 een projectbureau voor het industrieel erfgoed ingesteld. Dit bureau gaat een selectie-criterium ontwikkelen en bestaande initiatieven op elkaar afstemmen. Het is de bedoeling dat het bureau veel aandacht gaat besteden aan het hergebruik van erfgoed zoals pakhuizen en bedrijfsgebouwen. Ook internationale samenwerking en de specifieke problemen rond museale objecten komen aan de orde.
‘Ik heb de indruk dat de industriële revolutie een einde heeft gemaakt aan de vertrouwde samenhang, die bestond tussen cultuur en techniek,’ zo zei Ancona in haar toespraak. ‘Zodra de machine niet nuttig meer was, verloor hij zijn waarde. Thans worden uiteenlopende categorieën cultureel erfgoed, zoals molens, treinen en stoommachines, vaak door enthousiaste liefhebbers gekoesterd.’
De minister wees erop, dat door het oprichten van het projectbureau een stevig fundament wordt gelegd onder ons cultureel erfgoed. Het bureau gaat fungeren als ‘gouden gids’ en zal een geïntegreerd cultuurbeheer, een samenhangend collectiebeleid, mogelijk maken. De selectiecriteria zullen tenslotte bepalen welk gebouw, document of object voorbehoud in aanmerking komt.
‘Als wij niet kiezen zal er voor ons worden gekozen. Hetzij door de tand des tijds, hetzij op grond van overwegingen die misschien niet