De Nederlandsche zanger in alle gezelschappen
(1852)–Anoniem Nederlandsche zanger, De– AuteursrechtvrijVerzameling van meer dan 100 uitgezochte gezelschaps-liederen
[pagina 122]
| |
De straf,
Die 't graf
Aan 't menschlijk leven paarde,
Waarom zij smartvol baarde,
Hij 't brood met zweetwerk won,
Blijft altijd ons beschoren,
Doch daarom niettemin,
Mag de Echt den mensch bekoren,
Daar is honig in.
Want bij
De rij
Van wederwaardigheden,
Ziet ge u haast aangebeden
Door een beminlijk kroost,
Dat na de zoetste nachten,
Hoe 't jonge vrouwtje ook bloost,
De zorg u zal verzachten,
Als het streelt en koost.
Geen smet
Geeft het,
Maar heil blijft u beschoren,
Als liefde steeds blijft gloren,
Standvastig, onverflaauwd.
Wat u ook wordt gegeven,
O! ondervindt altijd,
Een heilrijk zamenleven
Door tevredenheid!
|
|