De Nederlandsche zanger in alle gezelschappen(1852)–Anoniem Nederlandsche zanger, De– AuteursrechtvrijVerzameling van meer dan 100 uitgezochte gezelschaps-liederen Vorige Volgende [pagina 61] [p. 61] No. 49. De liefde. Wijze: Renaldino. Waarom moet een meisje blozen, Als zij 't woordje liefde hoort; bis. Waarom moet zij kunstig veinzen, bis. Als de liefde 't hart bekoort? bis. Is de liefde dan onedel? Is ze een grove lage drift, Die den grooten mensch vernedert, Voor de wijsheid tegengift? Waarlijk, hij die dit kan wanen, Kende nooit haar reine kracht, 't Is de wellust, die hij offers In haar heilge namen bragt. Zuivre, ware, trouwe liefde Is een rijke gaaf van God, Die den mensch verheft, veredelt, Meer geschikt maakt voor zijn lot. Zij ontwikkelt edle krachten, Die nog sluimerden in 't hart, Maakt hem minder eigen-zoekend, Minder in zijn drift verward. 't IJdel, kort genot der zinnen, Is haar oorsprong, noch haar doel, 't Zijn de zielen die beminnen; Stoflijk spreekt dit zielsgevoel. Ruim zoo ver van dieren grofheid, Als van englen geestlijkheid, Werkt het dier en de engel zamen Tot haar stille zaligheid; Gloeit zij schuldloos aan den boezem, Spreekt zij in een smachtend oog, Heft zij, bij bezielde kussen, 't Stil genietend hart omhoog! Hemelgeesten zien dan vrolijk [pagina 62] [p. 62] Zulk een lievend menschen-paar 's Levens zorgen, 's levens vreugde Teeder deelen met elkaar; Zien het als de bloemen plukken, Die er geuren voor zijn voet, En, voldaan met zijn bestemming, Worden wat het worden moet. Waarom zou dan 't meisje bloozen, Als zij rein, onschuldig mint, En haar lot, haar hart, haar aanzijn Aan een edlen man verbindt? Bond meer ware liefde op aarde 't Lot der menschen, niet naar schijn, Hoe veel rozen zouden geuren, Daar nu niet dan dorens zijn. Vorige Volgende