De Nederlandsche zanger in alle gezelschappen
(1852)–Anoniem Nederlandsche zanger, De– AuteursrechtvrijVerzameling van meer dan 100 uitgezochte gezelschaps-liederen
[pagina 33]
| |
O hemel, komt alom ons tegen;
Men kan door deugd, bij ons te land,
Een voorwerp van elks achting wezen,
Hier is een eerlijke armoe schand,
Men wordt slechts om zijn geld geprezen. bis.
'k Ontdek, o denkbeeld vol van smart!
Dat ook bij mijn geliefde vrinden,
Natuur noch in mijn broeders hart,
Noch in mijn zusters is te vinden.
Ik kom eenvoudiglijk gekleed,
Een ras vertrek is hun verlangen;
Maar nu men hier mijn rijkdom weet,
Word ik op betre wijs ontvangen. bis.
Als de Overgenezen vrolijk zijn,
Kan 't dansen hen bekoren,
Dan doen zij trom of tambourijn,
En ook de veldpijp hoeren.
Hun vermaak is op den duur
Steeds begunstigd door natuur,
En joup,
Ziet meu hen daaglijks dansen,
De rigardon, zig zag, don don,
Terwijl hun vrolijk dansen,
't verstand nooit schaden kon.
Om in Savoije een jonge maagd
Naar 's lands gebruik te vrijen,
Wordt zij alleen ten dans gevraagd,
Gevoerd in blijde rijen,
En haar begeerte is bekend,
Dat vermaak gebiedt in 't end,
En joup,
De liefde onder 't dansen;
De rigardon, zig zag, don don;
Bij 't hoogst onschuldig dansen,
't Verstand nooit schaden kon,
De grijsaards toonen in dat land
Nog 't dansen te beminnen,
| |
[pagina 34]
| |
Zij springen dikwijls hand aan hand,
En zijn steeds blij van zinnen;
Voor de min en voor de vreugd
Zijn ze als in hun eerste jeugd,
En joup,
Daar zij hoe oud nog dansen,
De rigardon, zig zag, don don,
Terwijl het vrolijk dansen,
Hen nimmer schaden kon.
|
|