Nederduitse en Latynse keurdigten
(1710)–Anoniem Nederduitse en Latynse keurdigten– AuteursrechtvrijOp de Verovering van Goes.
KOmt postmeester pas op! expressen afgezonden
Na Zweeden, Koppenhaag, en een Fregat na Londen:
Een post na Hanover, na Saxen, en Berlyn,
Na Keulen, over Ments, na Weenen, na Turin,
Twee snauwen afgehuurt, na Allemond en Russel,
Met tyding dat men zingt het Te Deum tot Brussel,
Nog boden hier en daar, met de order aan de post
Te zeggen, dat d'Armee, driemaal de salvoos lost;
Dat Goes vervoert is, dat Goes die sterke stad,
Die deftige Fortres, en dat onwinbaar gat,
Die land en waterpost, die buygt onder Militie,
Die bukt voor wapenen vanGa naar voetnoot* eige repatitie:
Nu heeft m'een schoone pas, een binnelands Conquest,
Daar Namen niet by heeft, nog Mons, nog al de rest
| |
[pagina 230]
| |
Van 't Spaansche Nederland; nu hoort Europa galmen,
Ter eeren van de Vorst, gejuig, victorypsalmen;
Het gantsche Brabands Hof, den Keurvorst van Bavieren
Die slaapt nu heel gerust, en spot met de barriere,
Het Congres in den Haag, en d'oude Prins van Luik
Die lagt de Fransman uit, tot berstens van zyn buik!
Nu is de King in staat te zeggen aan Louys,
Het is met u gedaan, uw voorspoet die is grys,
Die loopt nu na het end', nu staat het aan myn wenken,
Den Oorlog of de Vreed', te weig'ren of te schenken;
Maar lezer is het ernst! of leest gy zoo uit gex?
ô Neen, want d'ordre was getekent, William Rex.
* Hy wil zeggen dat de patenten voor de Militie om na der Goes te marcheeren waren getekent van niemant als William Rex. |
|