Nederduitse en Latynse keurdigten(1710)–Anoniem Nederduitse en Latynse keurdigten– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 58] [p. 58] Wilhems mislukte aanslag op Amsteram. DEn loshooft, die te los, op 't losse hooft betrouwde, En op zoo lossen grond zijn heerschappye bouwde; Is door de duisterheid der duistre nacht belet, Dat hy zig zelfs niet heeft in 't Graaflyk regt gezet, Door dien de teugel van 't geluk bleef in de handen Van hun die 't vrye regt der vrye Nederlanden In 't stemmen van elk lit, beschermden in den raad; Waar door het krygsbedrog, en Hofpraal ondergaat, Voorzigtigheid zag dwers, door duisterheid der nagten, En stont gereet 't geweld, voor hare wal te wagten: Zoo werd het los bestaan, der losse jeugt betoomt, Als tegens ligten raad, een zee van wijsheid stroomt. Trots te spreken, steên te dwingen, Y en Amstel te bespringen, Boven regt en tegens reen, Ouste staten weg te leen, Vraagje wie dit Willem ried Telt de kleine letters niet. Tybout. Vorige Volgende