Recensies
Het boek van Sidrac
titel
Het boek van Sidrac. Een honderdtal vragen uit een middeleeuwse encyclopedie.
auteurs
Orlanda S.H. Lie (eindred.), Mirjam Banda, Wilma Feringa, Trees Lunter, Marjolin Saan, Jaap Staal en Gerrit Verbeek
uitgever
Verloren, Hilversum 2005
omvang
Geïll., 137 p.
isbn
90-6550-911-9
prijs
€14. -
Vraag een willekeurige voorbijganger naar zijn favoriete Middelnederlandse tekst en, zo men al enig antwoord krijgt, zal het niet snel ‘Het Boek van Sidrac’ luiden. Dat is niet omdat deze veertiende-eeuwse encyclopedie in dialoogvorm niet interessant zou zijn, integendeel, maar vooral omdat de meeste mensen nog nooit van deze tekst hebben gehoord. En dat is geen wonder. Tot voor kort was Het boek van Sidrac alleen beschikbaar in de vorm van een dissertatie van J.F.J. van Tol uit 1936, een teksteditie zonder woordverklaringen of cultuurhistorische context, waarmee alleen ervaren lezers van het Middelnederlands uit de voeten kunnen. De Werkgroep voor Middelnederlandse Artesliteratuur (wemal) besloot hier verandering in te brengen en de tekst toegankelijk te maken voor een groter publiek. Een groep van zes auteurs onder leiding van Orlanda Lie stortte zich op de tekst en het resultaat mag er zijn.
Het boek van Sidrac. Een honderdtal vragen uit een middeleeuwse encyclopedie opent met een heldere inleiding, waarin de lezer allereerst kennis maakt met de raamvertelling. In de negende eeuw na de dood van Noach, zo begint de fictieve geschiedenis, had koning Bottus van Bactorije problemen met een betoverde toren die steeds weer instortte. Hij riep de hulp in van de filosoof en astronoom Sidrac. Deze wijze man was een nakomeling van Japhet, de zoon van Noach, en hij was door God gezegend met profetische kennis. Sidrac wist de betovering te verbreken en bekeerde koning Bottus tot het ware geloof. Vervolgens stelde koning Bottus hem alle vragen waarop hij nooit een antwoord had kunnen krijgen en liet de vragen en antwoorden optekenen in een boek. Dit boek belandde in 1244 na vele omzwervingen in Toledo, alwaar de geleerden besloten om de vragen niet thematisch in hoofdstukken te rangschikken maar ze te laten staan in dezelfde volgorde waarin koning Bottus ze had gesteld. En zo ontstond Het boek van Sidrac. Overigens laten de wemal -auteurs één interessant detail uit deze raamvertelling onvermeld, namelijk dat Sidrac zijn kennis ook weer uit een boek put: uit het boek dat hij van zijn voorvader Japhet had georven en waarin alle kennis en wijsheid was opgetekend die Noach van de engel had geleerd.
Naast deze fictieve ontstaansgeschiedenis vertelt de inleiding ook hoe het boek echt tot stand is gekomen. De oorspronkelijke Franse tekst (Sydrac le philosophe, le livre de la fontaine de toutes sciences) is geschreven in de dertiende eeuw en werd in het eerste kwart van de veertiende eeuw door een anonieme vertaler uit Antwerpen in het Middelnederlands vertaald. Aan het einde van de inleiding geven de auteurs aan wat zij met hun boek beogen. De lessen van de wijze Sidrac staan centraal, maar omdat zij de tekst toegankelijk willen