Maatstaf. Jaargang 41(1993)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende W.A. Jonker Gedichten [Licht draait traag de kamer uit] Licht draait traag de kamer uit late vogelzang krolse kater de remisetrams gillen flitsen ergens wordt nog schoongemaakt de wind brengt de geur van dauw een hand streelt dij's binnenkant overal wordt gedacht gewacht zij kan de slaap niet vatten een ander droomt of waakt uren iemand slaapt dag in dag uit 1969 bij Dresden de annexatie van letterlijk overleden leed wat doen jullie overdag met mij [pagina 71] [p. 71] [Welkenraedt hotel Falckenstein] Welkenraedt hotel Falckenstein ze schudde haar haar los het jachtseizoen was geopend die middag streek de zon laag een aanwakkerende bries zal onze botten gaan belagen ‘wil je vuur sla je ballen tegen de muur dan krijg je ketsvuur’ nooit geweten hoe gekomen en om nooit te weten hoe terug te gaan [het vervallen hotel fluit] het vervallen hotel fluit de vensters blazen bellen ik probeer me voor te stellen hoe de stilte er uitziet het meisje van twintig geuren kijkt aandachtig naar de leegstromende geulen die gedwongen deelnemen aan het energieverspillen van eb en vloed het spel verdrijft de tijd ik penetreer trek terug jij ontvangt neemt afscheid op ons netvlies rollen de beelden over elkaar hamer en aambeeld tollen 's morgens zal het doek vallen wordt de aftocht geblazen [pagina 72] [p. 72] [jeuk in zijn haar kruis] jeuk in zijn haar kruis ze nam hem tussen haar benen is er geen land dat verdedigd dient te worden zijn er geen dijken om op te hogen waar is de oogst moet er geen omzet bewaakt geen staal gesmolten worden moeten er geen kelders leeggepompt daken gerepareerd putten geslagen wetten opgesteld en uitgevoerd ze legt haar handen op zijn rug zegt zacht loos sterf een tijdelijke rustplaats [de kunstenaar en zijn model] de kunstenaar en zijn model aan de waterkant waar zij spraken over schoonheid en aanverwante zaken later heeft ze het over een kleine winst tv bankstel ik voorzie verlies regen die vanzelf komt ze kruipt uit haar schelp ik duik onder in gepeins even was ik daar koning dat jaar Vorige Volgende